Koninklijk Huis

Kerstboodschap Koningin

Troonredes, officiële toespraken, gelegenheidsspeeches, officieuze redes en kerstboodschappen, ziedaar zo ongeveer het scala aan verbale uitingen waarmee de Koningin zich zoal bezighoudt. Volgende week kunnen we de 22e kerstboodschap van koningin Beatrix verwachten, zoals gebruikelijk op eerste kerstdag.

19 December 2002 12:32Gewijzigd op 14 November 2020 00:01

Kersttoespraken zijn er niet altijd geweest. In 1914, kort na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, schreef koningin Wilhelmina een bemoedigend woord aan het Nederlandse volk. Ze deed dat in de vorm van een kerstboodschap. Deze boodschap was de voorloper van de latere kersttoespraken. Op 20 december 1931, in het begin van de crisisjaren, hield koningin Wilhelmina de eerste kersttoespraak tot haar volk via de radio. Na 1939 maakte ze er een gewoonte van en hield zij jaarlijks toespraken ter gelegenheid van het kerstfeest.

Koningin Juliana maakte van het uitspreken van een kersttoespraak voor de radio een traditie. Koningin Beatrix zette na haar inhuldiging deze traditie voort. De kersttoespraken van koningin Juliana zijn gebundeld in het boek ”Alle kerstboodschappen van koningin Juliana”. Dit bevat de kersttoespraken die zij jaarlijks van 1948 tot en met 1979 op 25 december voor de radio hield. De kersttoespraken die koningin Beatrix tussen 1980 en 1991 uitsprak, zijn opgenomen in het boek ”Het staatshoofd spreekt”, samengesteld door W. Breedveld.

Bij kersttoespraken geniet de Koningin de meeste vrijheid, omdat ze dan minder gebonden is aan de politiek dan bij de Troonrede of bij speeches tijdens staatsbezoeken aan het buitenland. Kerstredes staan meestal in het teken van het desbetreffende jaar. Zo was het thema van de toespraak in 2001: Oog om oog maakt blind. De Koningin besteedde aandacht aan het veranderde wereldbeeld na 11 september. Het Westen was volgens haar op niet mis te verstane wijze geconfronteerd met de onverdraagzaamheid waaruit terreur wordt gevoed. Ter bescherming van de democratische rechten moet hieraan paal en perk worden gesteld. Wraakzucht leidt nu eenmaal niet tot oplossingen, in internationale kwesties noch in de persoonlijke omgeving. Verdraagzaamheid vraagt om betrokkenheid en naastenliefde.

De kersttoespraken van de Koningin dragen afwisselend een geestelijk en een maatschappelijk karakter, waarbij de Vorstin zich opwerpt als het nationale geweten. Vaak haakt ze in op het jaarthema van Europa, zoals gehandicapten, daklozen, ouderen en kinderen of, zoals in 2002, het Jaar van het Industrieel en Technisch Erfgoed.

Met het onderwerp van vorig jaar werd gekozen voor het maatschappelijke element. De kersttoespraak is geen preek, maar een overdenking van een geloofselement die uit persoonlijke overtuiging wordt uitgesproken. Wel had de toespraak van vorig jaar een uitgesproken christelijke inslag. Daar is gegeven de aanleiding niets op aan te merken, want het gaat om de viering van de geboorte van Jezus Christus. In de tweede plaats kwamen na de islamitisch geïnspireerde aanslagen van 11 september vorig jaar christelijke waarden en symbolen meer op de voorgrond te staan, blijkens de toespraak van de Koningin.

Dit jaar kunnen we wellicht verwachten dat de kerstboodschap een persoonlijke lading heeft. Voor de Koningin stond het jaar 2002 in het teken van het huwelijk van haar oudste zoon en van het overlijden van haar man. „Een kerstboodschap is altijd al een persoonlijke boodschap van het staatshoofd”, vindt Fred J. Lammers, bekend publicist van boeken over het Oranjehuis. Naar zijn mening zal de Koningin het in eerste instantie hebben over het overlijden van prins Claus dit najaar. „Daarnaast zal zij zeker inhaken op vreugdevolle gebeurtenissen, zoals het huwelijk van Willem-Alexander en Máxima. Ook zal de Koningin niet vergeten te vermelden dat prins Claus het zo fijn heeft gevonden dat hij de geboorte van zijn eerste kleinkind nog kon meemaken.” Lammers verwacht ook dat de Koningin haar bezorgdheid zal uiten over de politieke ontwikkelingen in Nederland, waarbij zij zal verwijzen naar de moord op Fortuyn en het debat over waarden en normen.

Lammers weet zich meestal getroffen door de toespraken van de Koningin. Vooral „als ze zich in het hart laat kijken, en dat is wanneer iets diep heeft ingegrepen in haar leven. Als ze persoonlijk is, komt ze naderbij en dat spreekt mij erg aan, net als het religieuze besef dat eruit kan spreken”, aldus Lammers, die zichzelf ook religieus noemt.

Hij herinnert zich de kersttoespraken van koningin Juliana nog goed. Met name de boodschap na het overlijden van prinses Wilhelmina op 28 november 1962 kan hij zich nog prima voor de geest halen. „Dat ze naar een beter leven was gegaan.” Wat hem bij Juliana charmeerde, was dat zij haar boodschappen met die mooie stem uitsprak. „Dat blijft je dan wel bij.”

Prof. dr. Anne van der Meiden, oud-hoogleraar communicatiewetenschappen en emeritus predikant van de Vereniging van Vrijzinnig Hervormden (VVH), koestert van tevoren nooit een speciale verwachting van de kerstboodschap van de Koningin. „Ik laat die als een verrassing over me heen komen. Ik vind haar kerstredes origineel.” Van der Meiden luistert naar de kerstboodschappen van Hare Majesteit „als een mediaconsument.” Hij analyseert ze niet.

De toespraken raken hem vrijwel altijd. „Vooral wanneer ze spreekt over de wereld die de onze niet is, de wereld van de armoede en van de verworpenen waarin wij pogen een beetje gerechtigheid te brengen. Het is fijn dat ze dat doet. Mijns inziens slaagt ze daarin ook altijd wonderwel. Juliana had persoonlijke redes, Beatrix iets maatschappelijkere. Ik vind haar oriëntatie op de ontwikkelingen in de wereld en op wat er gaande is om ons heen heel goed. Dat, gecombineerd met een christelijk evangelische notie, is fijn. Zo hoort het mijns inziens.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer