Koningshuis krijgt gewone begroting
De kosten van het Koninklijk Huis moeten worden verantwoord in een begroting als alle andere.
Dat staat in een vrijdagmorgen uitgebracht advies van een interdepartementale stuurgroep die zich in de afgelopen maanden, onder leiding van oud-VVD-minister Zalm, boog over de contouren van een nieuwe begroting voor het Koninklijk Huis.De werkgroep is ingesteld omdat het kabinet de kosten van het koningshuis beter inzichtelijk wil maken. De Tweede Kamer dringt hierop al langer aan, nadat over diverse uitgaven van het koningshuis in de afgelopen jaren onduidelijkheid en verwarring ontstond. Zalm, die het advies vrijdagmorgen presenteerde, hoopt dat „de kou nu uit de lucht is.”
De nieuwe begroting, die ”de Koning” zal gaan heten, bevat alle kosten die samenhangen met het functioneren van het staatshoofd. In de begroting (”Huis der Koningin”) werden tot nog toe alleen de inkomens van koningin Beatrix, prins Willem-Alexander en prinses Máxima vermeld.
Volgens Zalm, die sprak van een „niet spannende en vrij ambachtelijke opdracht” zullen straks alle „functionele uitgaven” (in totaal 39 miljoen euro) onder deze begroting vallen, zoals kosten van de hofhouding, onderhoudsuitgaven voor de Groene Draeck (het privéjacht van de Koningin) en vliegkosten. Dergelijke uitgaven staan nu nog verspreid over de begrotingen van diverse ministeries. Tegenvallers moeten binnen de begroting worden opgevangen
Kosten voor de beveiliging van het Koninklijk Huis (40 miljoen euro), staatsbezoeken (2 miljoen) en het onderhoud van paleizen (30 miljoen) horen, aldus Zalm, niet thuis in de begroting van het Koninklijk Huis.
Volgens Zalm worden beveiligingskosten van Kamerleden ook niet toegerekend aan de Kamerbegroting. Daarnaast zou het exact vermelden van beveiligingskosten veiligheidsrisico’s met zich meebrengen.