„Toekomst school Hoevelaken nog onbekend”
Het Van Lodensteincollege reorganiseert. Een van de problemen is de toekomst van de vestiging in Hoevelaken. Gaat de school daar dicht of wordt ze juist uitgebreid? Algemeen directeur ir. L. A. Jansen: „De tweede mogelijkheid is waarschijnlijker dan de eerste, maar we moeten nog beslissen.”
Het Van Lodensteincollege gaat de komende tijd kritisch kijken naar zijn onderwijsaanbod op de drie locaties: Amersfoort, Hoevelaken en Kesteren. Mogelijk komt er op korte termijn een vierde vestiging bij: in Barneveld. De aanvraag hiervoor loopt. Jansen: „De centrale vraag van onze reorganisatie is: Hoe krijgen we straks op alle locaties een optimaal en kwalitatief goed onderwijsaanbod?”
Een van de lastige punten is het vmbo. Twee leerwegen (de theoretische en de gemengde) worden in Amersfoort aangeboden, twee (de basis- en de kaderberoepsgerichte leerweg) in Hoevelaken. Die deling wordt door ouders als een groot nadeel ervaren. Jansen: „Ze moeten in groep 8 van de basisschool al een keuze voor Amersfoort of Hoevelaken maken. Dat is te vroeg.”
Een ander nadeel is dat elk jaar een groep vmbo-leerlingen van Amersfoort naar Hoevelaken moet, omdat ze terugzakken in niveau. Jansen: „Dat is vervelend. Ze gaan naar een andere school en raken daardoor hun contacten kwijt. Het hele vmbo op één locatie zou het probleem oplossen.”
Er zijn wat Jansen betreft verschillende opties: een herschikking van de onderbouw, een herschikking van de bovenbouw waardoor bijvoorbeeld Hoevelaken het totale vmbo krijgt, of het totale onderwijsaanbod wordt in Amersfoort geconcentreerd. De algemeen directeur laat alle opties nog open, maar maakt al wel een afweging. „Samenvoeging van Hoevelaken en Amersfoort heeft als groot nadeel dat er in Amersfoort 2000 leerlingen komen. Dat wordt dus erg massaal. Bovendien krijgen we problemen met de huisvesting.”
Er zaten in het verleden ook zoveel leerlingen op de vestiging in Amersfoort.
„Dat klopt. Het maximum was 1940. Toen werd er ook geklaagd over de massaliteit. Daarom moeten we nu extra voorzichtig zijn. Samenvoeging ís een optie, maar heeft niet mijn voorkeur. Een andere mogelijkheid, die meer kans van slagen heeft, is dat het totale vmbo naar Hoevelaken gaat.”
Dan houdt u als nadeel dat een groep leerlingen van school moet veranderen, namelijk degenen die terugzakken van het havo naar het vmbo.
„Dat zou je kunnen oplossen door in Hoevelaken én in Amersfoort de theoretische leerweg aan te bieden.”
Een bijkomend probleem van ’Hoevelaken’ is het imago van de school. Jansen doet daar niet geheimzinnig over. „Het is algemeen bekend dat scholen met alleen vbo-leerlingen een onrustig beeld geven. Menging met andere typen leerlingen is gunstig voor het klimaat. In onze situatie zouden de mavo-leerlingen aan Hoevelaken toegevoegd kunnen worden.”
De verplaatsing van de oude mavo naar Hoevelaken heeft gevolgen voor de leraren in Amersfoort. Hoe zullen zij reageren?
„Dat weet ik niet. We zullen in ieder geval met goede argumenten moeten komen.”
Wat vindt u van het voordeel dat bij een samenvoeging leraren uit Hoevelaken ook les kunnen geven aan havo- en vwo-klassen in de onderbouw? Is dat niet goed voor hun motivatie?
„Dat is waar. Vacatures voor de algemene vakken zijn op een vbo-school moeilijker te vervullen dan op een avo-school. Toch blijf ik aarzelen vanwege de enorme massaliteit die in Amersfoort zal ontstaan.”
Werkt onderwijs op één locatie ook niet kostenbesparend?
„De vraag is of dat argument altijd zo belangrijk is. Dan zouden we ook niet met een vestiging in Barneveld moeten beginnen.”
De trend in onderwijsland lijkt nu dat grote scholen blijven bestaan vanwege de financiële voordelen, maar wel worden verdeeld in kleine, herkenbare eenheden, zodat de leerlingen zich geen nummer voelen.
„Het probleem is dat we met een bestaand gebouw te maken hebben. We kunnen niet doen alsof we helemaal opnieuw beginnen. In Hoevelaken zijn ze al bezig met het formeren van kernteams. Het doel is de leerlingen een kleine, vaste groep leraren te geven. Die opzet kunnen we niet zomaar verplaatsen naar Amersfoort. Daar hebben we gewoon de ruimte niet voor. Nog afgezien van het feit dat de school in Hoevelaken door alle praktijklokalen groter is dan Amersfoort. Samenvoeging betekent dat we in Amersfoort 6000 vierkante meter extra ruimte nodig hebben.”
Welke oplossing wordt het, denkt u?
„Ik doe daar nog geen uitspraak over. Ik hoop wel dat we binnen twee maanden een beslissing kunnen nemen, al is het alleen maar om de onzekerheid bij leraren en ouders zo snel mogelijk weg te nemen.”