Opnieuw Militaire Willems-Orde toegekend
Pelotonscommandant kapitein Kroon bij het KorpsCommandotroepen (KCT) wordt op 29 mei benoemd tot Ridder der Militaire Willems-Orde 4e Klasse. Koningin Beatrix benoemt Kroon voor moed, beleid en trouw.
Dat heeft premier Balkenende bekend gemaakt aan de troepen in Tarin Kowt. Kroon leidde tijdens de missie een peloton commando’s. Zijn ondergeschikten en leidinggevenden hebben hem voorgedragen voor een dapperheidsonderscheiding voor zijn optreden in Afghanistan van maart tot augustus 2006. Hij krijgt de onderscheiding voor meerdere, bijzondere acties en zijn totale optreden als leider, militair en mens.Tijdens zijn zes maanden uitzending wist hij met zijn peloton verschillende zware en soms lange gevechten in zijn voordeel en zonder personele verliezen te beslechten. Daarbij ging hij persoonlijke risico’s niet uit de weg, bijvoorbeeld om een coalitiepartner in de gelegenheid te stellen een gewonde militair af te voeren. Een andere keer leidde hij zijn eenheid al vechtend uit een hinderlaag, terwijl de boordschutter van zijn eigen voertuig gewond was geraakt.
De daden die zijn collega’s in de voordracht omschreven, waren voor minister Van Middelkoop (Defensie) reden het Kapittel der Militaire Willems-Orde om een advies te vragen. Op basis daarvan heeft de minister Kroon bij de koningin voorgedragen voor de Willems-Orde.
Kroon krijgt de onderscheiding voor meerdere, bijzondere acties en zijn totale optreden als leider, militair en mens. „We moeten trots zijn op helden zoals deze kapitein”, zei premier Balkenende. Ook Van Middelkoop noemt Kroon een „held” en prijst zijn moed en loyaliteit.
De Militaire Willems-Orde is de oudste en hoogste Nederlandse militaire onderscheiding. Het is ook de oudste en hoogste Nederlandse ridderorde. Koning Willem I stelde de orde op 30 april 1815 in: “…tot belooning van uitstekende daden van moed, beleid en trouw, bedreven door diegenen, welke, zoo ter zee als te lande, in welke betrekking ook, en zonder onderscheid van stand of rang, Ons en het Vaderland dienen. Deze Orde zal echter in bijzondere gevallen ook kunnen worden gegeven aan vreemde militairen, niet in Nederlandschen dienst zijnde.”