Wat vind je positief aan je wijk?
Rianne, in onvervalst Rotterdams: „Bij mij in de straat wonen wel zeven verschillende culturen. Marokkanen, Antillianen, Kaapverdianen, noem maar op. Er is vaak wel wat te beleven. Een buurtruzie is altijd wel leuk.

Hier op het Zuidplein zijn veel winkels. Je kunt daar een beetje rondscharrelen. Ook de bibliotheek is in de buurt.”

Erger je je aan het beeld dat de buitenwacht heeft van je wijk?
„Soms doen mensen schrikachtig. Dan hebben ze het over al die zwarten. Ze denken dat het hier ongezellig is en dat er altijd ruzie is. Ze weten niet wat het inhoudt om in zo’n wijk te wonen. Hun reactie slaat nergens op. Hou dan gewoon je mond. Kijk, ik weet dat ik als meisje ’s avonds niet alleen over straat moet gaan lopen. Maar daar ben ik aan gewend.”

Wat vind je negatief aan je wijk?
„Effe denken hoor. Antillianen doen soms heel irritant. Soms zeggen buitenlanders ”kaashoofd” tegen me. Dan denk ik: Hou alsjeblieft je mond dicht. Kijk naar jezelf.

Als refo word je nageroepen. Maar dat zullen ze in andere dorpjes ook wel meemaken. „Rokkie, rokkie. Jullie met je kerkelijke afkomst.”

Ik vind dat vooral jongeren brutaler worden, weet je wel. Ik werk bij een bakker. Dan willen ze een warm broodje hebben. Zeggen ze: „Broodje, opwarmen!” En niet: „Wilt u het broodje opwarmen?”

Bij ons in de winkel wordt snoep gejat. Door jongens van 10, 12 jaar. Ze komen met een groep binnen. Wij letten erop. Wie niks in de winkel te zoeken heeft, moet ophoepelen.”

Zie je in jouw wijk een tweedeling tussen autochtonen en allochtonen?
„Niet echt. Er zijn natuurlijk wel cultuurverschillen. Bij een van onze buitenlandse buurvrouwen werd een kind gedoopt. Ze maakten er echt een knalfeest van. Dat gaat heel anders dan bij ons in de kerk - ik ben hervormd. Bruiloften in andere culturen zijn ook heel anders. Ik zag op de eerste avond van zo’n feest een stoet met alleen maar vrouwen. Kijk, ik heb daar verder niet zo veel mee te maken. Ik kom vooral bij mijn eigen familie hier in onze straat.”

Wat zou je anders willen in je wijk?
„Dat er wat meer contact komt tussen de mensen. Nu loop je toch vaak langs elkaar heen, alsof iemand van een andere planeet komt. Meer politie en meer controle zouden een hoop helpen. Dan worden criminelen tegengehouden.”

Wil je in deze wijk blijven wonen?
„Nee. Op zich is hier wel wat te beleven, maar ik vind het in deze wijk niet echt gezellig. Een dorpie trekt me wel.” Rianne keert zich even af van de telefoon en spreekt haar omstanders thuis vermanend toe. „Ze zitten me een beetje te treiteren. Een dorpie lijkt me wel wat. Met koeien.”

Dit is het derde en laatste deel van een serie waarin jongeren over hun stadswijk vertellen. Aanleiding is een zaterdag opgericht platform waarin jongeren uit grote steden opkomen voor hun buurt, die vaak negatief in het nieuws is.