Liederen
Pas in de romantiek kreeg het lied een plaats als zelfstandige kunstvorm. Men kende twee soorten liederen: allereerst het coupletlied, waarbij elke strofe dezelfde melodie en begeleiding had en waarbij de zanger werd geacht de tekst zo te interpreteren dat elke strofe een verschillend op de tekst gebaseerd karakter kreeg.
In het zogenaamde doorgecomponeerde lied echter werden strofen niet meer gescheiden, maar verwerkt in één doorlopende muzikale vorm. Het bekendste voorbeeld daarvan is Schuberts ”Erlkönig”.In het begin van de 19e eeuw waren er behalve Schubert nog meer componisten die zich richtten op het schrijven van liederen. Felix Mendelssohn-Bartholdy wordt daar weliswaar niet toe gerekend, maar toch schreef hij ruim 120 liederen voor vrienden en bekenden, zonder de bedoeling te hebben met dit genre de toppen van de Helicon te bereiken. Met zijn ”Lieder ohne Worte” voor piano had hij die ambitie overigens wel.
Dat het resultaat van Mendelssohns compositiearbeid toch zeker de moeite waard is, bewijst de cd waarop Hans Jörg Mammel 27 liederen van Mendelssohn zingt. Beide bovengenoemde typen liederen komen voor en uit alles wat op deze cd te beluisteren valt, blijkt dat Mendelssohn ook hier zijn grootheid niet verloochent. Een lied als ”Die Sterne schau’n in stiller Nacht” doet aan Schubert denken. Maar het aangrijpende ”Ach, um deine feuchten Schwingen” blikt vooruit naar Schumann.
Mammel, een van de grote zangers van dit moment, bewijst ook op deze cd waartoe hij in staat is. Feilloos weet hij bij elk lied de juiste sfeer te treffen en hij heeft daarbij in de Nederlandse pianist Arthur Schoonderwoerd een uitstekende secondant.
N.a.v. ”Felix Mendelssohn-Bartholdy - Auf Flügeln des Gesanges - Lieder - Hans Jörg Mammel, tenor; Arthur Schoonderwoerd, Hammerklavier”; Carus-Verlag (Carus 83.430); € 17,90; bestellen: carus-verlag.com.
S. M. W. Bezemer