Nog geen duidelijkheid rond Decembermoorden
Zowel in Nederland als in Suriname hebben een paar honderd nabestaanden en andere belangstellenden de Decembermoorden in Suriname in 1982 herdacht. Twintig jaar later is nog altijd niet duidelijk hoe de geruchtmakende moord op de vijftien tegenstanders van het bewind van Desi Bouterse precies kon gebeuren.
Voorafgaand aan de herdenkingsdienst in Amsterdam kwamen aan het eind van de middag enkele tientallen mensen bij het Surinaamse consulaat in de hoofdstad bijeen voor een fakkelwake. Ze overhandigden een petitie aan de Surinaamse consul waarin ze hun bezorgdheid uiten over de duur van het onderzoek. Aansluitend legden ze bij het monument voor de vijftien omgekomen slachtoffers, die werden neergeschoten bij Fort Zeelandia in Paramaribo, aan de zijmuur van de Mozes-en-Aäronkerk bloemen neer.
Tijdens de dienst spraken onder anderen Tweede-Kamervoorzitter Weisglas, oud-burgemeester van Amsterdam E. van Thijn en enkele Tweede-Kamerleden. Ook namen nabestaanden het woord, onder wie L. Gonçalves-Ho Kang You, die haar man verloor. Volgens haar is strafvervolging absoluut noodzakelijk, omdat dan eindelijk de feitelijke omstandigheden van de gebeurtenis komen vast te staan. „Als daders niet gestraft worden, leidt dit tot een cultuur van straffeloosheid. We moeten ervoor zorgen dat een soortgelijke gebeurtenis niet ooit nog eens voorkomt.”
Twee kinderen van de omgekomen S. Oemrawsingh spraken hun ongeloof uit over het feit dat de Decembermoorden niet in de geschiedenisboeken van Suriname staan. „Dat is beschamend. Het gaat hier om geschiedvervalsing en dat is gelijk aan het strooien van zout in onze wonden. Ik voel me verraden door Suriname”, zei dochter Sangini.
Ondanks alle woede en verdriet omdat er al die jaren nog niemand is berecht, blijven de nabestaanden strijden voor gerechtigheid. „Beter laat dan nooit”, luidt hun motto. Het forensisch onderzoek, dat deze week begint, geeft ze moed. „Hoewel het opgraven van de stoffelijke overschotten uitermate pijnlijk is, hopen we dat er hiermee een spoedig einde komt aan de lange lijdensweg”, zei Gonçalves.
R. Hoost, nabestaande en voorzitter van het Comité Herdenking Slachtoffers Suriname, is blij met het onderzoek. „Ik hoop alleen niet dat we met pijnlijke verrassingen worden geconfronteerd.” Hij doelt hiermee op geruchten dat de graven leeg zouden zijn.
Advocaat G. Spong, die de Surinaamse minister adviseert bij het onderzoek naar de Decembermoorden, vermoedt dat er binnenkort schot in de zaak komt. „Het forensisch onderzoek draagt ertoe bij dat alle fabelachtige leugens binnenkort tot het verleden zullen behoren.”
Een schande noemt E. Wijngaarde het dat de regering niet vertegenwoordigd was zondag bij de herdenking van twintig jaar Decembermoorden in Paramaribo. Wijngaarde is een van de nabestaanden van de vijftien slachtoffers van 8 december 1982. Toen hoogwaardigheidsbekleders werden opgeroepen bloemen te leggen, stapte alleen de Nederlandse ambassadeur H. Soeters naar voren.
In kringen van de Surinaamse regering en het parlement wordt gezegd dat men niet op de hoogte was gesteld van de activiteiten die door de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede waren georganiseerd. Bij de kerkdienst die voorafging aan de plechtigheid in het Fort Zeelandia, was wel minister S. Raghoebarsing van Planning en Ontwikkelingssamenwerking aanwezig.
Ongeveer honderd personen liepen vanuit de kapel aan de Gravenstraat naar het Fort Zeelandia, waar op 8 december 1982 vijftien vooraanstaande burgers, critici van het bewind onder leiding van ex-legerleider Desi Bouterse, werden gedood. De kaarsen die ter herdenking van de slachtoffers moesten branden, konden door de sterke wind in het fort niet worden ontstoken.
Bloemen werden er wel gelegd, voor het eerst ook voor Fred Derby, die twintig jaar geleden de enige was van de gearresteerde burgers die levend het fort verliet. Derby heeft jaren later Bouterse als hoofdverdachte aangeduid. Terwijl hij nog voor vervolgverhoor in het gerechtelijk vooronderzoek moest worden opgeroepen, overleed hij in mei vorig jaar aan een hartaanval.
President Ronald Venetiaan hoopt dat Bouterse de „wijsheid heeft opgebracht om zich als burger te onderwerpen aan de wet.” Venetiaan zei dit zondag in een televisievraaggesprek. De samenleving moet zich er mentaal op voorbereiden het vervolg van het proces van onderzoek naar de decembermoorden succesvol af te leggen, aldus de president.