Gemeenten krijgen meer zeggenschap over uitkeringen
Gemeenten krijgen de volledige financiële verantwoordelijkheid voor de verlening van bijstandsuitkeringen. Op die manier krijgen ze er financieel belang bij om zoveel mogelijk mensen aan het werk te helpen.
Om maatwerk te kunnen leveren bij de begeleiding van uitkeringsgerechtigden naar een baan, krijgen gemeenten de beschikking over één flexibel en vrij te besteden budget. Ook hoeven gemeenten zich aan minder regels te houden en worden de regels eenvoudiger.
Dit staat in een wetsvoorstel dat een aantal wetten op het gebied van bijstand en reïntegratie vervangt. De ministerraad heeft er op voorstel van staatssecretaris Rutte van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mee ingestemd het wetsvoorstel voor advies naar de Raad van State te sturen.
Vanwege de demissionaire status van het kabinet is het aan een volgend kabinet om te bepalen of het wetsvoorstel na advies van de Raad van State wordt ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel wordt pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.
Alle bijstandsgerechtigden zijn volgens de nieuwe wet in beginsel verplicht zo snel mogelijk (weer) aan het werk te gaan. Als bijstandsgerechtigden die verplichting niet nakomen, kan dat gevolgen hebben voor de hoogte van de uitkering. In de wet is vastgelegd dat bijstandsgerechtigden aanspraak kunnen maken op ondersteuning door de gemeente bij de begeleiding naar een baan. Gemeenten kunnen niet langer extra uitkeringen (bijzondere bijstand) toekennen aan bepaalde groepen bijstandsgerechtigden. Dit kan alleen nog op individuele basis. Mensen die vijf jaar lang een inkomen hebben op minimumniveau en geen uitzicht hebben op een baan, komen in aanmerking voor een aanvullende toeslag.