Het verzet van Jan Herberts
In september 1943 wordt Jan Herberts 17 jaar. Hij volgt onderwijs in de vierde klas van de mulo in Arnhem en voetbalt bij Vitesse. Samen met vrienden vormt hij een kleine verzetsgroep die illegale krantjes bezorgt en onderduikers in de buurt ondersteunt. Als de geallieerden oprukken, gaat de groep een stap verder. Door het plegen van inbraken proberen de jonge mannen (motor)fietsen, wapens en radio’s in handen te krijgen. Op 30 augustus 1944 gaat het mis. Bij een poging een Duitse soldaat te overvallen om zijn wapens buit te maken, wordt Jan Herberts op heterdaad betrapt.
In de paniek van het moment laat de jonge verzetsstrijder zijn eigen rijwiel achter en gaat hij ervandoor op de fiets van de soldaat. Aan de hand van het naamplaatje op Jans tweewieler weet de vijand hem spoedig te vinden. Bij zijn grootouders wordt Jan gearresteerd. Zonder vorm van proces wordt hij gevangengezet in de Bunker van Kamp Vught. Op de avond van 3 september halen de Duitsers Jan uit zijn cel en wordt hij op de fusilladeplaats bij het kamp neergeschoten. Een dag eerder is hij 18 jaar geworden.
Op 18 december 1945 verschijnt er een rouwadvertentie in de krant waarin zijn naaste familieleden „met groote zekerheid mededeelen” dat hun oudste zoon en broer Jan in Vught is gefusilleerd. Anno 2002 is Jan Herberts een van de meer dan 700 namen die op de herinneringswand in Kamp Vught staan genoteerd. Opdat wij niet vergeten.