Buitenland

Richtingenstrijd ook in regering-Obama

Net zoals het buitenlandse beleid van de Amerikaanse president George W. Bush zich kenmerkte door een strijd tussen haviken en realisten, zo zal ook de nieuwe regering-Obama zich waarschijnlijk splitsen langs ideologische lijnen.

IPS
19 January 2009 11:09Gewijzigd op 14 November 2020 07:06

Tijdens de regering-Bush was continu sprake van een strijd tussen haviken onder leiding van vicepresident Dick Cheney en realisten, die voornamelijk hun basis hadden bij het ministerie van Buitenlandse Zaken en de inlichtingendiensten.De aankomende president Barack Obama heeft een opmerkelijk breed team van beleids-adviseurs samengesteld. Sommige van die adviseurs zitten op posities waar besluiten worden genomen, andere, in het bijzonder ‘oudgedienden’ zoals de voormalige veiligheidsadviseurs Zbigniew Brzezinski, Brent Scowcroft en Anthony Lake, voormalig lid van het Huis van Afgevaardigden, zullen vermoedelijk op meer informele basis adviseren.

Obama koos voor stevige realisten zoals Scowcroft, die twee van zijn protegés, Robert Gates en generaal James Jones, zal terugzien als baas van het Pentagon en nationaal veiligheidsadviseur. Maar Obama benoemde ook liberale internationalisten zoals vicepresident Joe Biden en (aankomend) VN-ambassadeur Susan Rice. Zij zitten qua ideeën meer in de hoek van de haviken. Tot dat laatste kamp kan ook de beoogde minister van Buitenlandse Zaken, Hillary Clinton, gerekend worden.

In de afgelopen jaren, en in het bijzonder sinds de oorlog in Irak, verwierpen beide groepen het unilateralisme en de harde militaire lijn die de regering-Bush vooral tijdens de eerste termijn kenmerkte. Ze deelden hun voorkeur voor diplomatie en andere vormen van ”soft power” (zachte kracht), in ieder geval als eerste optie om de Amerikaanse belangen in het buitenland te verdedigen. Geen van de partijen zou echter terugschrikken voor militair geweld, mocht dat noodzakelijk geacht worden.

Liberale internationalisten, die de voormalige president Woodrow Wilson als voorbeeld zien, zijn meer dan de realisten geneigd om de VS te zien als een land dat in moreel opzicht een uitzonderlijke positie in de wereld inneemt en dat zijn liberaal-democratische principes actief moet promoten in andere landen.

Bij voorkeur zou dat moeten via westers georiënteerde insti-tuten en internationale wetgeving. Tegelijkertijd zijn sommige regimes in hun ogen zo verwerpelijk dat ze geïsoleerd dienen te worden of desnoods unilateraal omvergeworpen moeten worden.

Realisten zijn doorgaans sceptischer over de uitzonderlijke positie van hun land en de universaliteit van liberaal-democratische waarden en het gemak waarmee die geëxporteerd zouden kunnen worden naar andere landen en culturen. Zij kiezen minder snel voor isolatie van dubieuze regimes, als contacten in het belang van Amerika zijn.

De Amerikaanse strategie in Afghanistan, waar Obama en het Pentagon bereid lijken de Amerikaanse troepenmacht bijna te verdubbelen, zou voor serieuze meningsverschillen kunnen zorgen. De realisten, geleid door legerbevelhebber generaal David Petraeus, zijn voorstander van het delen van de macht met talibanstrijders die bereid zijn te breken met al-Qaida en zijn bondgenoten, in het belang van de stabiliteit in Afghanistan. Maar hoe zullen liberalen zoals Clinton, die eerder haar inzet voor vrouwenrechten benadrukte, reageren op een plan dat –in ieder geval op lokaal niveau– macht geeft aan ultraconservatieve militanten die tegen onderwijs voor meisjes zijn?

De verschillen van inzicht tussen liberalen en realisten zijn vooral van belang voor de situatie in het Midden-Oosten, de regio waarover de realisten en de haviken elkaar tijdens de regering-Bush ook al in de haren vlogen. Net zoals de neoconservatieven die de wereld door een morele bril bekijken, hebben veel liberale internationalisten de neiging zich sterk pro-Israël op te stellen. Deels heeft dat te maken met het feit dat de Joodse gemeenschap in de VS zich vanouds sterk aangetrokken voelt tot de Democratische Partij.

Na 11-9 zien met name de realisten het conflict tussen Israël en de Arabische buurlanden (in het bijzonder de Palestijnen), als een groeiend obstakel voor urgente Amerikaanse doelen, zoals het verslaan van al-Qaida en het voorkomen van agressie door Iran.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer