Ds. Glashouwer, internationaal voorzitter van Christenen voor Israël, sprak op de jaarlijkse CVI-adventsbijeenkomst. „De Joden weten wie God is, maar ze hebben een blinde vlek voor wie Jezus is. Alleen in een volkomen vertrouwensrelatie kan het gesprek tussen Jood en christen over Jezus gaan. Niet omdat je het zelf aan de orde stelt, maar omdat zij dat doen."

Volgens ds. Glashouwer blijkt de huidige formulering van de triniteitsleer tijdens zo’n gesprek een probleem op te leveren. „Je beseft dan dat dit mysterie door de kerk op een niet-Joodse, hellenistisch-filosofische wijze is vastgelegd. Het zijn geen wezensuitspraken over God, maar ze willen slechts een ketterse leer weerleggen. Zo is de tweenaturenleer gericht tegen ketters en is die niet bedoeld om het mysterie van de triniteit uit te leggen."

Braamstruik
De huidige niet-Joodse formulering moet volgens de CVI-voorzitter wel problemen geven bij Joden. „Het kan niet anders dan dat ze in de huidige formulering denken dat de christenen drie goden dienen." Hij pleitte ervoor de triniteit op Joodse wijze toe te lichten. „Begin met te zeggen dat Jezus Zelf geloofde dat God één is. Wijs erop dat je net als de Joden gelooft dat God kan scheppen en kan openbaren door de thora. En wijs op de engel des Heeren Die bij Abram op bezoek komt, of op God Die spreekt in de brandende braamstruik."

Ds. Glashouwer benadrukte dat ook voor de Jood dan nog steeds sprake is van één God. „Maar leg dan ook de vraag voor of het niet zo kan zijn dat de thora een mens geschapen heeft om God volmaakt te doen kennen, zodat deze de thora in het vlees wordt, zodat God Zich openbaart en toch één God blijft"

Ds. Glashouwer heeft deze uitleg wel eens gegeven tijdens een rondreis door Israël. „Het bleek voor een Joodse reisgids een eye-opener te zijn. Plotseling kreeg hij veel beter zicht op de christelijke leer van de triniteit."

Anti-God
In zijn toespraak wilde ds. Glashouwer de diaspora „niet zozeer Gods oordeel" noemen. „Ook al heeft de kerk dat wel altijd gezegd. Het is echter eerder een wereldwijde missie, opgenomen in Gods plan. Het ontstaan van synagogen is wereldwijd hand in hand gegaan met het werk van christelijke missionarissen, zodat de heidenen konden worden ingeënt op de daar aanwezige Joodse wortel. Maar wat hebben wij met deze wortel gedaan", vroeg hij de 300 aanwezigen. „We hebben hem eerst theologisch doorgesneden en daarna letterlijk bijna volkomen afgeslacht. Maar loten sterven af als je de wortel doorsnijdt. In het Westen is het christendom op sterven na dood, omdat ze de wortel hebben doorgesneden."

Ds. Glashouwer noemde Allah „een soort anti-God. We merken steeds meer wat de haat van moslims tegen zowel Joden als christenen betekent." De haat tegen de Joden zit volgens hem nog diep verankerd in de samenleving. „De haat komt van de moslims, maar ook van christelijke kerken, als ze openlijk steun betuigen aan de Palestijnen. Hoe kun je als Jood dit verwerken zonder gek te worden?"

Landbelofte
Israël mag van ds. Glashouwer „nooit item nummer zoveel op de agenda van de kerk zijn. Christenen voor Israël is een zaak van levensbelang. Het is geen hobby. De Heiland bindt ons deze opdracht op ons hart." Hij hekelde de gedachte van dr. ir. J. van der Graaf, die onlangs opteerde voor een eigen staat voor de Palestijnen. „Van der Graaf ziet de landbelofte als geestelijk bedoeld, maar zo zijn we weer terug bij af."

De huidige manier van schriftomgang van prof. dr. W. J. Ouweneel kan Glashouwer ook niet waarderen. „Ouweneel zegt dat het gaat om geloof in Christus en niet om geloof in Adam. Prof. Lever zei dat jaren geleden al aan de VU. Mede daarom werd de EH opgericht. Hoe zijn onze helden gevallen! Maar Gods Woord houdt stand in eeuwigheid en zal geen duimbreed wijken."