Twee verdachten in Kenia vrijgelaten
De Keniaanse politie heeft zaterdag, twee dagen na de anti-Israëlische aanslagen in Mombasa, twee gearresteerde buitenlanders vrijgelaten. De twee, een Amerikaanse vrouw en haar Spaanse echtgenoot, waren opgepakt omdat zij argwaan hadden gewekt door kort na de aanslag op het Paradise Hotel uit een nabijgelegen hotel te vertrekken.
De zelfmoordaanslag op het hotel kostte aan tien Kenianen, drie Israëliërs en de drie daders het leven. Een raketaanval op een Israëlisch vliegtuig dat net van de luchthaven van Mombasa was opgestegen, mislukte.
In de rooms-katholieke Kathedraal van de Heilige Geest in Mombasa woonden zondag ongeveer 1000 mensen een gebedsdienst bij voor de slachtoffers van de aanslagen. In het dorp Mawezmi, enkele kilometers van het Paradise Hotel, kwamen honderden mensen op de been voor de begrafenis van drie leden van een Keniaanse volksdansgroep die op het moment van de aanslag in het hotel was om nieuwe Israëlische gasten te verwelkomen. In Israël zijn zondag de drie Israëlische dodelijke slachtoffers begraven.
Intussen proberen Keniaanse en Israëlische rechercheurs de stukjes in elkaar te passen van de auto die is gebruikt bij de aanslag op het hotel. De politie heeft de kentekenplaat van de auto gevonden, maar weet nog niet wie de eigenaar was. Deeltjes van de auto, waar kennelijk gascilinders onder waren bevestigd om de explosie extra kracht te geven, werden tot op 850 meter van de plaats van de explosie teruggevonden.
Keniaanse politiefunctionarissen zeiden dat hun Israëlische collega’s de auto-onderdelen mee naar Israël wilden nemen, alsmede de lanceerders en de rakethulzen die op de plaats van de mislukte aanslag op het vliegtuig zijn gevonden. De politiefunctionarissen willen echter zelf dat alles in Kenia blijft. „Niets van dit bewijsmateriaal gaat naar Israël. Deze bewijzen zijn onze verantwoordelijkheid”, zei Charles Jamu, een Keniaanse explosievendeskundige.
Na de vrijlating van het Amerikaans-Spaanse echtpaar zit nog een tiental Somaliërs en Pakistanen vast op verdenking van betrokkenheid bij de aanslagen. Politiecommissaris Philemon Abong’o karakteriseerde de arrestatie van een groepje Somaliërs en Pakistanen als een doorbraak. De groep was aan boord van een boot in de haven van Mombasa. Maar een Pakistaan die door de politie op boot is achtergelaten om erop te letten, vertelde dat hij en zijn vijf Pakistaanse en drie Somalische collega’s probeerden in hun levensonderhoud te voorzien met vissen in de kustwateren voor Somalië. Zij hadden hun boot, de Mogadishu, volgens hem op 23 november naar de haven van Mombasa gevaren omdat hij water maakte. Immigratiefunctionarissen hadden daar hun Somalische paspoorten ingenomen, zei hij, en hun opgedragen aan boord te blijven. Donderdag, enkele uren na de aanslagen, werden de andere acht door de politie van boord gehaald.
Een radicale moslimleider in Groot-Brittannië, Abu Hamza al-Masri, heeft zaterdag gezegd te geloven dat al-Qaida, de terreurorganisatie waar hij zelf banden mee zou onderhouden, betrokken is geweest bij de aanslagen in Kenia. Al-Masri, die gebedsdiensten leidt in de moskee van Finsbury Park in Londen, zei dat de antiterreurcampagne van de Amerikaanse president George Bush in Afghanistan ertoe heeft geleid dat al-Qaida actiever is geworden in regionale conflicten. „Je zult dit steeds vaker gaan zien, met zo veel leden van al-Qaida op de been”, zei al-Masri. „Door al-Qaida te dwingen zich over de wereld te verspreiden heeft de heer Bush een fout begaan. Hij heeft de inspiratie gegeven voor een mondiale jihad.”
Een andere in Londen gevestigde moslimgeestelijke, sjeik Omar Bakri Muhammad, heeft gezegd dat islamitische groepen in internetchatrooms een week voor de aanslagen een boodschap hadden gekregen waarin werd aangekondigd dat Israël „een hoge prijs” zou betalen in Oost-Afrika. Muhammad zei dat de boodschap ook een waarschuwing bevatte voor Groot-Brittannië en Australië. Met name in Groot-Brittannië moesten overheidsgebouwen, de beurs, ambassades en dergelijke gemeden worden, aldus Muhammad, leider van de radicale moslimorganisatie al-Muhajiroun.
Een Amerikaanse functionaris zei vrijdag dat behalve al-Qaida de Somalische organisatie al-Itihaad al-Islamiya van de aanslagen verdacht wordt. Deze Somalische organisatie heeft banden met al-Qaida.
Kenia is de Afrikaanse poort naar de Golf, het Midden-Oosten en zuidelijk Azië. Elke week zijn er tientallen lijnvluchten naar Pakistan, Dubai, Abu Dhabi, Bahrein en India. Daarnaast vinden er tal van vrachtvluchten plaats naar het buurland Somalië, waar alle mogelijke handwapens te krijgen zijn. Volgens een recent rapport van het Zuid-Afrikaanse Instituut voor Veiligheidsonderzoek staat Kenia bol van de illegale wapens die via de onbewaakte grenzen met Somalië, Ethiopië, Sudan en Uganda binnenkomen.
Een politieman in Nairobi met tien jaar ervaring vertelde onder beding van anonimiteit dat de regering de veiligheid niet hoog in het vaandel draagt. Agenten als hij krijgen geen opleiding in terreurbestrijding, zei hij, en wat zij erover weten halen ze van internet. De paar hogere officieren die na de aanslagen van 1998 op de Amerikaanse ambassades in Kenia en Tanzania voor training naar de VS zijn gestuurd, delen hun kennis niet met anderen, zei hij.