Verhagen steunt terugkeer hoofd Ghanese koning
Minister Maxime Verhagen (Buitenlandse Zaken) steunt het verzoek van de Ghanese autoriteiten om teruggave van het hoofd van koning Badu Bonsu II. Om de kwestie zo spoedig mogelijk op te lossen heeft hij de ambassade van Ghana een ondersteunende rol aangeboden.
Dat heeft Verhagen geschreven in maandag naar de Tweede Kamer gestuurde antwoorden op vragen van het CDA, dat vindt dat het hoofd terug moet. Het hoofd van de in 1838 door de eigen bevolking uitgeleverde en daarna door de Nederlanders opgehangen Ghanese koning staat op sterk water in het Anatomisch Museum van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). De Ghanese autoriteiten hebben het ministerie eind oktober verzocht er bij het LUMC op aan te dringen het hoofd terug te geven.Plaatsvervangend ambassadeur Eric Odoi–Anim zei eerder dat als het hoofd van de koning niet wordt begraven, het lichaam niet tot rust komt en dat er dan een stigma rust op zijn clan.
Verhagen heeft begrip voor het verzoek van de Ghanezen, zo schrijft hij. Hij heeft het verzoek doorgespeeld naar het LUMC dat het hoofd in eigendom heeft. Hoe het hoofd in het bezit van het LUMC is gekomen, is hem niet bekend. De door hem geraadpleegde historici konden hier geen licht op werpen.
Het LUMC verklaarde eerder een dergelijk verzoek serieus te nemen en open te staan voor overleg. Maandag bevestigde een woordvoerster dat het verzoek is binnengekomen. Ze wilde niet meer kwijt dan dat het LUMC nu met het ministerie in overleg is over de kwestie.
Dat het hoofd van Badu Bonsu II in Leiden op sterk water staat, kwam aan het licht door toedoen van de Nederlandse schrijver Arthur Japin. Die stuitte tijdens zijn onderzoek voor het boek De zwarte met het witte hart op het verhaal van het hoofd. Hij vond het een jaar of vier geleden terug en bracht de kwestie eind oktober ter sprake.