Tijdens de surveillance werden agenten aangesproken door getuigen die aangaven dat een man een mishandeling had gepleegd. Door de getuigen werd de man aangewezen. De agenten spraken de 21-jarige man uit Utrecht aan en vroegen hem om zijn identiteitsbewijs. De Utrechter wilde echter van niets weten en werkte niet mee.

Nadat de agenten hem meerdere malen hadden gevraagd om zijn identiteitsbewijs bleef de man weigeren het af te geven. De man werd aangehouden maar verzette zich hevig hiertegen. Tijdens de aanhouding zag de man kans om een agent in zijn arm te bijten. Op het bureau werd hij ingesloten voor verhoor.