Bijleveld: Dualisering is gelukt
Staatssecretaris Bijleveld van Binnenlandse Zaken is tevreden over de zogeheten dualisering bij gemeenten en provincies. Dat schreef ze woensdag aan de Tweede Kamer.
Bij dualisering zijn de bestuurders en volksvertegenwoordigers los van elkaar komen te staan. Gezien de soms forse kritiek op de veranderingen past volgens Bijleveld vooral de conclusie dat de dualisering geslaagd is. De nieuwe structuur is „geleidelijk ingebed en aanvaard”, schreef ze gisteren aan de Tweede Kamer. Ook de kosten zijn volgens haar „beperkt” gebleven. Zo heeft de dualisering bij gemeenten ongeveer 60 miljoen euro gekost.Succesvolle onderdelen van het dualisme zijn volgens de staatssecretaris onder andere de positie van de griffier en het functioneren van de wethouder buiten de raad.
Het dualisme begon in 2002 bij gemeenten. Sindsdien maken de wethouders geen deel meer uit van de gemeenteraad, die de hoofdlijnen van het beleid vaststelt en het college van burgemeester en wethouders controleert. De provincies kregen een jaar later te maken met de nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden.
In grotere gemeenten is de dualisering beter geland dan in kleinere. Dat wekt geen verbazing, zegt Bijleveld. De dualisering gaat volgens haar gepaard met een geleidelijke cultuurverandering. Bovendien heeft een dergelijke „omvangrijke en ingrijpende structuurwijziging” nodig om geaccepteerd te worden, stelt de staatssecretaris vast.
Het systeem kan beter. Bijleveld vindt bijvoorbeeld dat de burgemeester een sterkere rol moet krijgen bij de formatie van een nieuw college. Ook zoekt ze naar mogelijkheden om de werkdruk van raadsleden te verminderen. Daartoe komt er een onderzoek naar de gevolgen van de diverse vergadermodellen. Door ten slotte de raadsgriffier eisen te laten stellen aan raadsstukken zou de kwaliteit daarvan verbeterd worden.
Bijleveld wil voor de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2010 wetswijzigingen en beleidsacties doorgevoerd hebben.