Hasbro dwong tien winkelketens, waaronder Littlewoods en Argos, zijn speelgoed en spelletjes in Groot-Brittannië voor een bepaalde prijs te verkopen.

Het Office of Fair Trading heeft de boete vastgesteld op 4,95 miljoen pond sterling (7,7 miljoen euro). Volgens de mededingingsautoriteit werden de prijsafspraken gemaakt in de eerste helft van 2001. De winkelketens mochten alleen met toestemming van Hasbro onder de officiële verkoopprijs gaan zitten.

De OFT koos ervoor om alleen Hasbro te beboeten en niet de winkelketens, omdat de Amerikaanse speelgoedproducent het initiatief nam tot de prijsafspraken. Bovendien zette Hasbro de Britten onder druk. De Amerikanen dreigden geen zaken met hen te doen als ze niet hun zin kregen.

In een reactie toonde Hasbro zich verrast en teleurgesteld over de uitspraak van het Office of Fair Trading, zo meldt de BBC. Het bedrijf vindt de boete veel te hoog en heeft aangekondigd in beroep te zullen gaan. De boete was oorspronkelijk vastgesteld op 9 miljoen pond (13,9 miljoen euro), maar omdat Hasbro van meet af aan aan het onderzoek meewerkte ging er 45 procent van af. De boete is de hoogste die ooit onder de huidige Britse kartelwetgeving is uitgedeeld.

Hasbro riskeerde een boete van 10 procent van de omzet in drie jaar. Het bedrijf verkocht in 2001 voor 2,8 miljard dollar aan speelgoed. Hasbro is onder meer leverancier van Monopoly en Playskool, de Harry Potter-merchandise en Action Man-poppen. In Groot-Brittannië heeft het een aandeel van 18 procent op een markt die circa 1,7 miljard pond (2,6 miljard euro) groot is.