Slagkracht Taliban neemt af
DEN HAAG (ANP) – De slagkracht van de Taliban in Uruzgan heeft ernstig te leiden onder het uitschakelen van veel van hun leiders. Door het zwakkere leiderschap zijn de tegenstanders van de Nederlandse troepen in de Zuid-Afghaanse provincie minder goed in staat om gecoördineerde acties op te zetten dan in andere provincies in het zuiden.
Dat zei commandant der strijdkrachten Peter van Uhm donderdag in een toelichting op de toestand in Afghanistan. Berichten dat de Taliban komende winter extra actief zullen zijn, kon de generaal niet bevestigen, al sloot hij ook niets uit. „We moeten nog zien of ze erin slagen hun leiding te herstellen".Het Australische ministerie van Defensie maakte donderdag bekend dat speciale eenheden de afgelopen achttien maanden vier Talibanleiders hebben gedood en dat er zeven zijn opgepakt. Volgens de hoogste militaire baas van deze commando’s zijn de Australiërs dagelijks in gevecht met tegenstanders. De Australiërs zullen de druk op de Taliban in de winter volhouden.
Van Uhm verwacht geen winteroffensief van de Taliban, maar is daar niet zeker van. Hij kondigde aan dat dit niet betekent dat er niet gevochten zal worden. „Wij gaan niet bij de kachel zitten", zei Van Uhm. Hij stelde dat de Taliban hun toevlucht nemen tot bermbommen als ze militair het onderspit moeten delven.
Hij wees erop dat vooral burgers daar het slachtoffer van worden. In zijn ogen wil de Taliban met de bermbommen, maar ook met ontvoeringen en afpersing, de druk op de bevolking opvoeren. Volgens Van Uhm willen ze de indruk wekken dat de situatie in Afghanistan heel onveilig is.
Van Uhm noemde berichten dat de hoofdstad Kabul omsingeld zou zijn door de Taliban. „Dat is een beeld dat de wereld in wordt gehoppen met behulp van bermbommen. Maar het is niet ons beeld".
De hoogste militair van Nederland noemt de toestand in Uruzgan relatief veilig. In heel Zuid-Afghanistan nam het aantal explosies van bermbommen dit jaar toe vergeleken met een jaar geleden; in Uruzgan bleef het aantal gelijk. Van Uhm noemde een orde van grootte van één per week.