Kleine 10 procent uit pot werktijdverkorting
DEN HAAG (ANP) – Nog geen 10 procent van het budget voor werktijdverkorting is inmiddels benut. Bedrijven die in de problemen zijn geraakt door de kredietcrisis, kunnen nu ruim een week bij minister Donner (Sociale Zaken) verzoeken indienen om met WW-uitkeringen personeel tijdelijk minder te laten werken. Sindsdien heeft Donner 63 van de 136 aanvragen van bedrijven voor werktijdverkorting gehonoreerd.
Dat heeft de minister dinsdag geschreven aan de Tweede Kamer. Donner wil tot 1 januari 2009 maximaal 200 miljoen euro gebruiken uit de WW-fondsen. Dat is goed voor 20.000 voltijdsbanen, ofwel 760.000 uur. De 63 gehonoreerde verzoeken van bedrijven tot nu toe zijn goed voor 55.000 arbeidsuren.De bewindsman heeft altijd benadrukt dat hij de eerste schokgolf van de kredietcrisis bij gezonde bedrijven wil opvangen. Er moet worden voorkomen dat overhaast werknemers worden ontslagen, terwijl straks de vraag aantrekt en het personeel weer nodig is. Hij wil ervoor waken dat door langdurige steun noodzakelijke reorganisaties worden uitgesteld bij al kwakkelende bedrijven.
Daarom heeft Donner verzoeken van werkgevers- en werknemersorganisaties om uitbreiding van de regeling tot nu toe afgewezen. Het is volgens hem nog moeilijk te overzien hoe groot het beroep zal zijn op de werktijdverkorting. Wel is duidelijk dat verzoeken voor enkele tienduizenden uren werktijdverkorting van een aantal grote bedrijven, zoals staalbedrijf Corus, nog in behandeling zijn. Deze kunnen een flink beslag leggen op het budget.
Van 42 bedrijven is een verzoek voor steun uit de WW-fondsen afgewezen. In de meeste gevallen (31 aanvragen) was de reden dat niet in de twee voorafgaande maanden, zoals vereist, minimaal 30 procent omzetverlies is geleden. Volgens Donner is het heel wel mogelijk dat deze bedrijven later deze maand alsnog werktijdverkorting krijgen als zij dan wel aan de eisen voldoen.
De grootste groep bedrijven die aanklopt voor steun bij Donner, komt uit de metaal. Maar ook een behoorlijk aantal zit in de groothandel, makelaars en verhuurders van onroerend goed. Vooral in de metaal wordt de periode van de werktijdverkorting benut om werknemers versneld bij te scholen en wordt personeel ingezet bij branchegenoten, die nog staan te springen om vakmensen.