Stemmetjes in zijn hoofd hadden de Apeldoorner aangezet tot het doden van zijn opa. E. had een moeilijke jeugd en kwam regelmatig over de vloer bij zijn grootvader. De man deed alles voor zijn kleinzoon. E. begrijpt zelf niet waarom hij zijn opa, zoals uit sectie bleek met minstens vijf slagen, doodde.

Tijdens de zitting bleek dat een ex-vriendin tegenover de politie had verklaard dat E. haar al eerder had laten weten dat hij z’n opa zou ombrengen. De oude man had veel geld en de Apeldoorner had geldproblemen. Hij zou zijn grootvader naar de zolder van zijn seniorenwoning lokken en hem daar van de trap af duwen. Het zou lijken op een ongeluk. Niemand zou hem verdenken aangezien hij het lievelingetje van opa was.

Hoewel daarmee moord (voorbedachte rade) te bewijzen zou zijn, besloot de officier van justitie doodslag ten laste te leggen. Daardoor kon hij tbs eisen. Onderzoekers van het Pieter Baan Centrum achten de kans op herhaling van een soortgelijk delict namelijk zeer groot.