„Eigenlijk geloven we allemaal”
Het CDA streeft niet, zoals bijvoorbeeld de SGP, naar een staat met de Bijbel. De christendemocraten vinden het de primaire taak van de overheid om de orde en de rust in de samenleving te bewaken. Hun belangrijkste missie: de levensbeschouwingen met elkaar in balans brengen.
Dat is precies wat CDA-boegbeelden als Balkenende, Donner en Hirsch Ballin beogen met uitspraken als: „Eigenlijk geloven we allemaal.” Het is een gangbare gedachte onder christendemocraten. Iedereen -christen, moslim, atheïst, ietsist- hangt overtuigingen aan waaraan hij zeer gehecht is. Minister Donner, zo’n beetje de huisideoloog van het CDA, zei zelfs eens: „We zijn bijna allemaal fundamentalisten, als het om onze eigen mening of ons eigen geloof gaat.”Met die stelling ging hij naar twee kanten toe in de oppositie. Aan de ene kant is hij kritisch op liberalen die zich met dedain verheffen boven gelovigen vanuit de gedachte dat die hoognodig een verlichting moeten meemaken. Anderzijds neemt hij diegenen op de korrel die moslims zo veel mogelijk willen uitsluiten van het democratische proces omdat zij een gevaar voor de samenleving zouden betekenen.
„We kunnen onze samenleving gewoonweg niet bouwen op culturele of levensbeschouwelijke eenheid”, lichtte Donner destijds toe. „We zijn veroordeeld om in verscheidenheid met elkaar te leven en vreedzaam met onze fundamentele verschillen om te gaan, en ieder wint daarbij. Dat is niet de verantwoordelijkheid van anderen of van de overheid, maar van ieder van ons in het dagelijkse leven.”
Juist voor het behoud van de democratie, en dat is zijn centrale boodschap, is de erkenning van de pluriformiteit aan levensbeschouwingen noodzakelijk.
„Eigenlijk geloven we allemaal”: het klinkt zo aardig en zo tolerant. Maar deze denktrant kan ook gemakkelijk omslaan in zijn tegendeel. De krampachtige poging tolerant te zijn verdoezelt al snel het verschil, eerder dan dat ze het erkent.