Gordijnen dicht met een druk op de knop
Katwijk aan Zee is een woonwijk rijker. Wel een woonwijk met een bijzonder karakter: in het Zeehospitium, of zoals de geboren Katwijkers kortweg zeggen het Zeehos, wonen mensen met een handicap in een aangepaste woning naast een gezonde buurman of buurvrouw.
Prinses Margriet heeft donderdag het hernieuwde Zeehospitium geopend. Tromgeroffel, vuurwerk en ballonnen; voor de inwoners van de nieuwe wijk was het duidelijk feest.Het Zeehospitium startte honderd jaar geleden als sanatorium. Koningin-moeder Emma opende het in 1908. Tuberculosepatiënten uit Rotterdam, Den Haag en Leiden konden in Katwijk de frisse zeelucht komen opsnuiven. Honderd jaar later is haar achterkleindochter aan de beurt.
Bewoners staan of zitten vol ongeduld te wachten op de komst van de prinses. Tromgeroffel laat sommigen van hen schrikken, anderen juichen: „Daar komt ze.” Een van hen mag de prinses een boeket overhandigen. In zijn linkerhand houdt hij de bloemen, zijn rechterhand is voor de koninklijke hoogheid. Wanneer hij eenmaal haar hand vastheeft, laat hij niet meer los. „Nou, geef nu de bloemen maar”, zegt de prinses. Het is duidelijk dat de jongeman haar met moeite laat gaan.
Midden op het terrein van het Zeehos staat een kunstwerk in de vorm van een schelp. Dat past goed in de omgeving: de zorgwijk ligt in de duinen. De perkjes zijn begroeid met helmgras en het schrille geluid van zeemeeuwen weerkaatst tussen de huizen.
Prinses Margriet heeft de taak om de schelp te openen, samen met mevrouw Kuijt (88). Met een druk op de rode knop klapt de schelp open; honderden blauwe en paarse ballonnen kiezen het luchtruim. Vuurwerk knalt en de menigte van toeschouwers is gehuld in een dikke blauwe nevel. Mevrouw Kuijt lijkt het vooral erg koud te vinden. Haar broer vertelt: „Ze is een echte Oranjefan en de oudste bewoonster van het Zeehos. Het is voor haar een hele eer dat ze dit mag doen.” Mevrouw Kuijt knikt kort.
Bij de opening is ook Yvonne Verdoes aanwezig. Samen met haar man Kees hoopt zij in het Zeehos te gaan wonen. „We hebben niks, hoor”, lacht ze. „We gaan hier wonen omdat we het zo’n mooie wijk vinden. Maandag nemen we er onze intrek, maar ik kan bijna niet meer wachten.” En al die rolstoelen, die wel heel prominent aanwezig zijn in de wijk? „Die mensen bijten niet. Het is alleen maar heel gezellig. Ik kan hier met iedereen een praatje maken en als het nodig is kan ik ook m’n hond kwijt bij een van m’n buren.”
Harmieke Visscher, hoofd van de afdeling wonen van het hospitium, heeft veel werk verzet voor de nieuwbouw. „De ’gewone’ woningen waren zo verkocht. Mensen vinden het een prachtig plekje en kiezen er heel bewust voor om naast mensen met een functiebeperking wonen.”
Op het terrein wonen 122 zorgvragers van wie er al 80 zijn verhuisd naar de nieuwbouw. Alles is aangepast aan hun handicap. Marieke toont vanuit haar rolstoel hoe ze met een druk op de knop alle gordijnen dicht kan schuiven en de lampen aan kan doen. Haar ogen glanzen wanneer ze van een verpleegkundige een complimentje krijgt over haar gezellige woonkamer.
Ook Kees vindt het geweldig om voor zichzelf te kunnen zorgen en zelfstandig te kunnen wonen. Eerder woonde hij ook al in het Zeehospitium, maar na de verbouwing hoeft hij de woonkamer en doucheruimte niet meer met anderen te delen. „Dit huis is echt uit de kunst”, lacht hij. Vanuit zijn woonkamer kijkt hij het gezellige vissersdorp in. De ruimte van de woningen noemt hij „echt een vooruitgang. Ik vind het heel leuk dat Margriet hier is. Ik ken haar al, want ik ben een keer een dag met haar naar Wenen geweest.”
Aan de wand in de woonkamer hangt een foto van Kees, die samen met de prinses bonbons uitzoekt. „Ik hoop nog lang te genieten van dit mooie appartement.”