Cultuur & boeken

Meeuwen uit de middeleeuwen

Titel: ”De meeuwengod. Verhalen”
Auteur: Auke Jelsma
Uitgeverij: Ten Have, Kampen, 2008
ISBN 978 90 2595 895 4
Pagina’s: 192
Prijs: € 19,90.

Tjerk de Reus
25 November 2008 17:05Gewijzigd op 14 November 2020 06:47

Wat moet je denken van een man die uit het niets opduikt, zwijgend door je dorp loopt op weg naar de kust, om te gaan wonen in een rotsspleet op een koud en verlaten eilandje? Auke Jelsma schreef er een boeiend verhaal over. Het is op zijn minst opmerkelijk als zeemeeuwen een mens als hun heer en meester lijken te beschouwen. Toch is dat wat er gebeurt in het verhaal van Auke Jelsma (1933), getiteld ”De meeuwengod”. De vogels begeleiden de zonderlinge man als schildwachten, terwijl diezelfde meeuwen mensen die zich bij zee wagen met gekrijs en scherpe snavels begroeten. Is deze meeuwenheer een godheid of een heilige?

De bewoners van het nabijgelegen Franse kustdorpje weten niet wat ze ervan moeten denken. Totdat ze merken dat hun omstandigheden verbeteren. De regelmatige plunderingen door roofzuchtige Engelsen blijven uit. Dat is vast en zeker een gevolg van de meeuwenheer daar op die koude rots! Maar volksgeloof is vaak omgekeerd evenredig met de feiten. De meeuwenheer is geen godheid, maar een mens van vlees en bloed. Zijn leven is getekend door vallen, opstaan en zoeken naar het juiste spoor. Hij was lang geleden een wrede edelman. Maar ondanks dat schijnt door zijn levensverhaal een bijzonder licht.

Eenzame mus
Niet alleen dit verhaal heet ”De meeuwengod”, ook de verhalenbundel waarin het is opgenomen draagt deze titel. Dit boek heeft een geschiedenis. In 1985 publiceerde Auke Jelsma de verhalenbundel ”Ballingen”, waarin een drietal verhalen was opgenomen. Deze drie verhalen nam Jelsma in een bewerkte vorm op in de nu recent verschenen verhalenbundel. Jelsma voegde er bovendien een vierde verhaal aan toe (”De briefbezorger”, het zwakste van het viertal).

Auke Jelsma heeft een lange carrière als auteur achter de rug. Hij publiceerde bijna zestig jaar geleden zijn eerste verhaal, in een tijdschrift dat de sfeer ademt van de gereformeerde wereld waaruit hij afkomstig is: Jeugd en Evangelie. In 1954 debuteerde Jelsma in het christelijke literaire tijdschrift Ontmoeting. In 1961 verscheen zijn eerste roman, ”Houten getuigen”. Er was toentertijd een literair gereformeerd klimaat aan het ontstaan. In de jaren vijftig en zestig verschenen geregeld literaire of bijna-literaire romans van gereformeerde auteurs (Bé Nijenhuis, Arjen Miedema). Later werd het schraler: toen ”Ballingen” in 1985 verscheen, was Jelsma een eenzame mus op een geseculariseerd dak. Inmiddels is er een kentering opgetreden en speelt religie weer een sterkere rol in de literatuur. Jelsma publiceerde zo’n negen fictietitels, naast een lange reeks publicaties over theologie en kerkgeschiedenis.

De verhalen uit ”De meeuwengod” hebben een gemeenschappelijke historische context. Ze spelen alle vier in de middeleeuwen. Religie is het dominante thema. Dan gaat het vanzelfsprekend om het destijds alom geldige rooms-katholieke geloof. Maar er zijn ook allerlei tegenstemmen, die duiden op een herwaardering van geloven. Niet alles bleef bij het oude. Jelsma baseerde zich bij het schrijven op bestaand historisch onderzoek, maar duidelijk is ook dat hijzelf een woordje meespreekt in de betekenis die de verhalen tot stand brengen.

Heiligheid
”De heiligheid van het gewone” is zo’n thema dat de auteur ongetwijfeld na aan het hart ligt. Het speelt een rol in diverse verhalen. In de middeleeuwse beleving (voor zover je die onder één noemer kunt scharen) was het aardse leven tweederangs. Het ging allereerst om de goddelijke werkelijkheid en het leven ná dit leven. De kerk en haar ambtsdragers zweefden een stukje boven de gewone werkelijkheid, als vertegenwoordigers van het hogere. Heiligheid omgaf kerk en clerus als een aura. Dat zorgde ervoor dat geloof zelf vooral iets was wat je van bovenaf, via priesters en prelaten, kreeg aangereikt.

De mensen uit het genoemde Franse kustdorpje hopen bijvoorbeeld dat de vreemdeling die het zo goed met de kou en de meeuwen kan vinden, hun de sacramenten kan bedienen. Ze snakken naar de absolutie die een priester mag toekennen. Het is duidelijk dat de auteur van deze verhalen -hij is een theoloog met een aanzienlijke reputatie- die scheiding tussen profaan en sacraal niet toejuicht. Maar een auteur gaat schuil achter zijn tekst. Correcties op het toenmaals geldende denken legt Jelsma in de mond van zijn verhaalfiguren.

De meeuwenheer denkt na over de heiligheid die de dorpelingen hem toedichten. Op dat moment verzorgt hij Tamas, een jongeman die bijna verdronken is. Als deze jongen en zijn dorpsgenoten zouden weten uit welke hoge adelstand de meeuwenheer afkomstig is, zouden ze hem zéker voor een heilige hebben aangezien, realiseert de meeuwenheer zich. Wie zo’n positie inruilt voor weer en wind, moet gedreven zijn door God zelf. De meeuwenheer schrijft in zijn dagboek: „Mijn bereidheid om als man van adel al mijn voorrechten in te ruilen voor de kou en de ontbering op Verdelet (het rotseiland, red.) zou zijn geloof in mijn heiligheid toch alleen maar vergroot hebben. Minstens op één lijn met een Antonius en een Franciscus. Maar heiligheid, lieve Tamas, doet zich alleen daar voor waar mensen zich willen inzetten voor elkaar.”

Dit klinkt mooi, maar het verraadt ook een theologische positie. Auke Jelsma heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld van een gereformeerd theoloog tot een tamelijk vrijzinnig spiritueel ingesteld mens. Die ontwikkeling is ook zichtbaar in zijn verhalen. Bijvoorbeeld in zo’n zinnetje over de heiligheid die zich afspeelt tussen mensen. Komt deze horizontale notie op de plek van de verticaal beleefde geloofsrelatie? Die keuze is niet nadrukkelijk aanwezig in deze verhalen, maar zweeft wel tussen de regels door.

Inzicht
Vrijwel elk verhaal draait om het tot stand komen van nieuw inzicht. Bij de meeuwenheer gaat het om de wreedheid die de adelstand bedrijft. Dat is ook belangrijk in het slotverhaal ”De bijenkoningin”. Ontsporingen hangen samen met de perversie van macht of begeerte. Wie macht bezit, wordt daar bijna altijd een beetje corrupt van. Maar het is een dieper probleem, suggereren deze verhalen. Het hangt samen met de boodschap van het Evangelie, waarin mensen erkend worden als waardevol in de ogen van God. Die menselijke waardigheid wordt geschaad door het brute optreden van ridders en rovers. Juist in het licht van de genade krijgen onrecht, begeerte en bedrog scherpe trekken en wordt het ware karakter ervan onthuld.

De verhalen van Jelsma zijn goed geschreven en inhoudelijk de moeite waard. Deze herziene uitgave van ”Ballingen” is dan ook terecht en zal veel lezers een genoegen doen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer