KOEH wil werk uitbreiden naar het oosten
De stichting Kom over en help (KOEH) wil haar werk verder naar het oosten uitbreiden. Dat werd zaterdag duidelijk tijdens de landelijke dag, die in het gebouw van het Van Lodensteincollege in Amersfoort werd gehouden.
De christelijke hulporganisatie KOEH doet aan kinderhulp, diaconaat, toerusting, gemeenteopbouw en ontwikkelingswerk in Oost-Europa. Oorspronkelijk was KOEH werkzaam in dichterbij gelegen landen in Oost-Europa, zoals Servië, Roemenië en Bulgarije. Vorig jaar is het besluit genomen om het werk naar het oosten uit te breiden, naar Armenië en Georgië.Zaterdag deelde directeur Karst de Vries mee dat de stichting nu ook oostelijker gelegen landen en regio’s zoals Azerbeidzjan, Oezbekistan en Nagorno-Karabach op het oog heeft. Vooral in een gesloten land als Oezbekistan is directe hulp voor de kerken in de vorm van Bijbelverspreiding en diaconaat hard nodig. Volgend jaar beslist KOEH definitief over de uitbreiding.
Een aantal activiteiten in de meer nabijgelegen landen kan worden afgebouwd, aldus De Vries. „Als je als hulporganisatie ergens te lang blijft zitten, sta je de ontwikkeling van de mensen in de weg.” Hij voegde eraan toe dat de hulp aan de meest kwetsbaren, zoals ouderen en (gehandicapte) kinderen, zal blijven.
Zo kwam de stichting in Bulgarije in contact met een staatsweeshuis. De Vries vertelde over de slechte toestand in het tehuis. Christelijke vrijwilligers geven het leven van de kinderen enige fleur, maar „de Bulgaarse overheid negeert de problematiek van de staatsweeshuizen.”
Erbarmelijk
Europarlementariër drs. B. Belder (CU-SGP), die samen met vertegenwoordigers van de KOEH een staatsweeshuis bezocht, zei dat de reputatie van Bulgarije op het spel staat. Hij sprak over „heersende misstanden in de kinderhuizen van het land” en over „erbarmelijke omstandigheden”, waaraan niets verandert.
Belder: „De Bulgaarse staatscourant meldt de sluiting van slecht functionerende kindertehuizen, maar ze blijven gewoon open onder een andere naam.” Intussen registreerden de Bulgaarse weeshuizen dit jaar al zo’n 3000 nieuwe bewoners, voor wie nauwelijks genoeg te eten is.
In het Europees Parlement ontbreekt het tot nu toe aan een positieve reactie op deze toestanden, aldus Belder. Zijn voorstel om geld uit te trekken voor de Bulgaarse weeshuizen heeft het niet gehaald. Nu hoopt hij op de opname van een post in de begroting voor 2010. Hij wil namens de Eurofractie van CU-SGP dit voorjaar een hoorzitting in Brussel of Straatsburg organiseren om de schrijnende toestanden onder de aandacht van de Europarlementariërs te brengen.
Gevangenis
KOEH organiseert in zeven Oost-Europese landen winterhulp. Dit jaar staat Servië centraal. Ds. Dragisa Armus, een Servische baptistenpredikant en coördinator van het project ”Love your Neighbour”, vertelde over de armoedige omstandigheden in Servië.
Het land heeft in 1999 een oorlog meegemaakt en was blootgesteld aan NAVO-bombardementen en economische sancties. Als gevolg hiervan zijn veel bedrijven failliet gegaan en heerst er een enorme werkloosheid. Zijn kerk geeft onder andere hulp aan vluchtelingen en zigeuners en wordt gesteund door KOEH.
De predikant vertoonde beelden van de familie Ristic. Dit zigeunergezin met vier kinderen woont samen met opa Zoran, oma Milica en oom Dragan in een houten huisje op het zigeunerkamp. Vader Romeo heeft in de gevangenis gezeten. Hij heeft drugs gebruikt en is nog niet zo lang geleden tot bekering gekomen. KOEH heeft een boekje uitgegeven met recepten, zoals burek en palenta, dat door de familie Ristic is samengesteld.
Alcohol
Bart van Hemert vertelde over Xperience, de KOEH-reizen voor jongeren. Wat hij onthouden heeft van een bezoek aan Kiev in Oekraïne in 2006, waren de armoede en het Godsvertrouwen van een familie.
Onvergetelijk voor Jaap den Hartog, een door Van Hemert geïnterviewde jongere, zijn de beelden van een aan alcohol verslaafde vader en zijn gezin. De vader sloeg zijn kinderen, wat te zien was aan de tandeloze mond van de vrouw en aan de plek op het gezicht van een dochter. „Die beelden neem ik mijn hele leven mee.”