Staphorster moet keet melden
Keeteigenaren in de gemeente Staphorst moeten voor 1 februari op gesprek komen bij de gemeente. Bij alle gezinnen met thuiswonende kinderen tussen de 12 en 25 jaar zal een dezer dagen een oproep op de mat vallen.
De gemeente wil met alle jongeren die een keet beheren of ouders die een keet op hun erf hebben in gesprek gaan over de eisen waaraan de keet moet voldoen. Wie zich voor 1 februari niet meldt en achteraf toch door de mand valt, moet zijn keet sluiten.De maatregel is onderdeel van het ketenbeleid dat de gemeente Staphorst het afgelopen jaar ontwikkelde. Doel van dit beleid is de keten brandveilig te maken en alcoholmisbruik tegen te gaan. Volgens de nieuwe regels moeten keeteigenaren in het bezit zijn van een zogenaamd alcoholcertificaat. Ook mogen er niet meer dan vijftien personen in de keet aanwezig zijn en zijn de afmetingen van het vertrek aan gemeentelijke regels gebonden. Nieuwe keten dienen inpandig te zijn. Oude keten die niet inpandig zijn, worden gedoogd onder de gemeentelijke voorwaarden.
De reden om een brief aan de gezinnen te sturen is dat de gemeente de keten op dit moment onvoldoende in beeld heeft. Met de eigenaren van een kleine 25 kleine keten zijn reeds gesprekken gevoerd en deze zijn zeer positief verlopen, zegt F. Bakker, de gemeenteambtenaar die belast is met de uitvoering van het ketenbeleid. Het gaat om de zogenaamde ”verlengdehuiskamerketen”, die door een beperkt aantal jongeren bezocht worden. Naar verwachting zijn er echter zo’n zestig kleinere keten en vier grote, commerciële keten binnen de gemeente Staphorst. „Het is nog niet gelukt ze allemaal op te sporen”, aldus Bakker. „Vandaar nu deze oproep.”
R. Leene van Koninklijk Horeca Nederland noemt het merkwaardig dat Staphorst nog niet alle keten heeft opgespoord. „Tijdens de behandeling van de notitie ketenbeleid heeft wethouder Hutten gezegd dat deze aantallen door een onderzoek van de politie en de gemeente aan het licht gekomen zijn. En nu kunnen ze er opeens niet één meer vinden.”
Wethouder H. Hutten van Staphorst bevestigt dat deze aantallen gebaseerd zijn op rapporten van politie en onderzoek door de gemeente zelf. De keten worden echter via internet opgespoord en dat heeft tot nu toe nog niet tot het gewenste resultaat geleid. Hutten vermoedt dat de drempel om met de gemeente in gesprek te gaan hoog is voor de keeteigenaren. „Dat is niet nodig”, zo meent hij, „want ouders en jongeren die al met de gemeente in gesprek geweest zijn, hebben het allemaal als positief ervaren.”
Het Bureau Eerlijke Mededinging (BEM) is juist vol lof over de actie van de gemeente Staphorst. „De gemeente laat zich van de goede kant zien. Ze wil er echt iets aan doen”, meent A. Hoogervorst van het BEM. „Dat de keten voor de gemeente zo lastig te vinden zijn, bevestigt alleen nog maar eens dat ze illegaal zijn.” Een keet hoeft volgens Hoogervorst helemaal geen probleem te zijn, als deze maar alcohol- en rookvrij is en voldoet aan de veiligheidseisen.
Ook in de landelijke politiek wordt de Staphorster aanpak gevolgd. Onlangs nog maakte de notitie ”Een nuchtere visie” van de landelijke SGP korte metten met de Staphorster aanpak, omdat deze voorbijgaat aan de feitelijke illegaliteit van de keten. Hutten neemt het de landelijke SGP zeer kwalijk dat er slechts twee zinnen uit de Staphorster beleidsnotitie worden geciteerd. „Het is eenzijdig en wordt totaal uit het verband gerukt”, vindt de wethouder. „Er wordt niet verteld welke maatregelen de gemeente Staphorst wél neemt tegen de keten.”
De plaatselijke SGP-fractie zegt in een reactie achter het beleid van de gemeente te staan.