Commentaar: Klink doorbreekt twee illusies
Zijn eerste klus wist CDA’er en waarnemend fractievoorzitter Verhagen deze week met het nodige fortuin te klaren. Al masserend en improviserend hees hij met partijvoorzitter Bleker en crisismanager Donner de drie fractieleden Klink, Koppejan en Ferrier weer binnenboord. Over de manier waarop –de drie kregen in een biechtstoelprocedure het mes op de keel gezet– zal in de partij het laatste woord nog niet zijn gesproken. Maar toch, de eenheid in de fractie, hoe broos ook, bleef bewaard en die stond op het spel.
Aan de formatie kan Verhagen met de nieuwe collega-onderhandelaar Bijleveld geen vervolg meer geven. Het vergt nu politieke behendigheid om tegenover de kritische linkerflank te kunnen volhouden dat het waagstuk dat hij een maand geleden in gang zette desondanks het beste was dat hij indertijd kon doen. Over dat vermogen beschikt de machtspoliticus Verhagen in ruime mate. Voor hij te gehaast naar buiten treedt met een verklaring die zijn koers moet rechtvaardigen, doet hij er echter wijs aan na te gaan wat de stranding van deze formatiepoging zijn partij én hem persoonlijk te zeggen heeft.
Alles wijst erop dat Verhagen een maand terug oprecht de overtuiging was toegedaan dat Wilders via een regeer- en gedoogakkoord is te pacificeren. Welbeschouwd legde hij de PVV’er immers maar één beperking op: deze moest verklaren dat de visie die het CDA jegens moslims huldigt door hem zou worden gerespecteerd. De inschatting dat dit zou volstaan, bleek de afgelopen weken een illusie van jewelste. Wilders sarde en provoceerde, zoals hij al jaren deed.
Niemand anders dan Klink komt de eer toe die illusie te hebben doorbroken. Hij maakte de twijfels in de CDA-fractie manifest en dwong Wilders daarmee tot een qua brutaliteit niet te overtreffen eis. De drie weifelaars in de fractie moesten de verwachte meerderheidsuitspraak van het partijcongres volgen. Anders moesten ze op zoek gaan naar een andere baan. Wilders werd daarmee ontmaskerd als politicus die alleen georganiseerde gedoogsteun durft te geven, zolang hij zijn coalitiepartners kan gijzelen. Verhagen heeft dat te laat doorzien. Evenwel is hij nu gewaarschuwd. Wie met politieke pyromanen à la Wilders in zee wil gaan, zal hen vanaf het begin moeten knevelen. Het is te hopen dat ook Verhagen dat nu beseft.
Er is nog een tweede illusie die partij-ideoloog Klink dezer dagen heilzaam verstoorde. Dat is de opvatting dat het CDA kan blijven volharden in het standpunt van ”wij sluiten op voorhand geen enkele coalitiepartner uit”. In die luxepositie zat de partij zo lang ze een coalitieakkoord met welke partij dan ook naar eigen wens kon kleuren. Die tijden zijn echter voorbij, en naar te vrezen valt voorgoed.
Net als de SP, D66 en GroenLinks zal het CDA zich bij elke formatie hebben af te vragen of het reëel uitzicht heeft om zonder kleerscheuren uit een kabinet tevoorschijn te komen. Het zal moeten toetsen of meedoen in een bepaalde coalitie zijn spankracht niet te boven gaat. Dat is de tweede les die de zachtmoedige Klink Verhagen dezer dagen probeert te leren. De tijd zal tonen of de leerling behalve over politieke behendigheid ook over nederigheid beschikt.