„Op dit moment is de markt onzeker. Over drie maanden kijken we opnieuw hoe het ervoor staat”, aldus de wethouder. Volgens hem lijkt het erop dat de zogeheten vrij-op-naamprijzen (von) van nieuwbouwwoningen stabiliseren. Op basis hiervan en aan de hand van de kosten voor de bouw en het percentage dat de ontwikkelaar verdient, bepaalt de gemeente de grondprijzen.„Misschien gaan de prijzen zelfs wel omlaag, omdat mensen even niet kopen en ze lastiger aan een hypotheek kunnen komen. Buiten Amsterdam is dat al heel duidelijk te zien.” De wethouder benadrukte dat op dit moment niet het idee bestaat dat de von-prijzen dalen.

Wat ook meespeelt is de vraag wat de bouwkosten gaan doen. Het zou kunnen dat de staalprijs omlaaggaat, maar andere materialen zouden juist duurder kunnen worden. Ontwikkelaars kunnen bovendien ook meer moeite hebben bij het verkrijgen van de financiering van hun projecten en de uiteindelijke verkoop ervan. „We zijn behoedzaam en nemen nu een adempauze om te kijken hoe de wereld zich ontwikkelt”, aldus Van Poelgeest.

Het college stelt elk najaar de zogeheten Grondprijzenbrief op, die de gemeenteraad vervolgens moet goedkeuren. Hierin worden de grondprijzen vastgesteld van onder meer woningen en kantoren. Voor niet-commerciële functies, zoals sociale woningbouw en maatschappelijke en sociale voorzieningen, werkt Amsterdam met vaste grondprijzen.