Overheid VS helpt huiseigenaar
De Amerikaanse overheid heeft gisteren een omvangrijk plan gepresenteerd om de hypotheeklasten van in de problemen geraakte huiseigenaren te verlagen.
De maatregelen moeten voorkomen dat honderdduizenden Amerikanen met een lening van de genationaliseerde hypotheekverstrekkers Fannie Mae en Freddie Mac hun huis verliezen.De hulp houdt in dat de rente zodanig verlaagd wordt dat mensen nooit meer dan 38 procent van hun inkomen kwijt zijn aan het betalen van hun hypotheek. Ook kan de looptijd van de hypotheek verlengd worden van dertig naar veertig jaar, zodat de schuld als het ware wordt uitgesmeerd. Voorwaarde voor de hulp is wel dat de huiseigenaren meer dan 90 procent van de huidige waarde van hun woning aan hypotheekschuld hebben uitstaan.
De maatregelen gaan op 15 december in. Critici zeggen dat de maatregelen ontoereikend zijn en dat ze bovendien te laat komen voor veel mensen die hun huis al zijn uitgezet.
Fannie Mae en Freddie Mac zijn goed voor bijna de helft van de Amerikaanse hypotheekmarkt. Samen zijn ze eigenaar of staan ze garant voor ruim 5 biljoen dollar aan uitstaande hypotheken. In september werden de instellingen door de Amerikaanse overheid van de ondergang gered en genationaliseerd.
„Met dit plan kunnen we het aantal onnodige huisonteigeningen drastisch beperken en getroffen huiseigenaren voorzien van een lening die ze kunnen betalen”, aldus James Lockhart, de bewindvoerder van beide hypotheekverstrekkers.
Volgens Lockhart is het aantal gedwongen huizenverkopen de afgelopen twee jaar met 150 procent gestegen. „Dat schaadt gezinnen, buurten en de hele huizenmarkt. Die neerwaartse spiraal moeten we stoppen.”
Ook de Amerikaanse bank Citigroup gaat Amerikaanse huizenbezitters te hulp schieten die in de problemen zijn gekomen met hun hypotheek. Dat heeft de bankgigant gisteren aangekondigd.
De bank selecteert circa 500.000 hypotheekhouders in de Verenigde Staten die nu al achterlopen met hun betalingen en bedreigd worden door een gedwongen verkoop van hun huis. Citigroup richt zich naar eigen zeggen vooral op mensen in gebieden die „waarschijnlijk zware economische problemen” tegemoet zien. De betrokkenen krijgen onder meer gunstigere betalingsvoorwaarden aangeboden.
De Wereldbank verhoogt de hulp aan ontwikkelingslanden die worden getroffen door de financiële crisis aanzienlijk. Volgens de ontwikkelingsbank krijgen de economieën van veel arme landen een zware klap van de financiële onrust, inzakkende exportmarkten en dalende grondstofprijzen.
De Wereldbank beloofde gisteren de kredietverlening aan de armste landen in de komende drie jaar te verhogen tot 100 miljard dollar. Dit jaar stijgen de kredieten van 13,5 miljard tot 35 miljard dollar. Daarnaast is er 42 miljard dollar toegezegd voor giften en rentevrije leningen aan de 78 allerarmste landen ter wereld.
„Zoals altijd zijn het de armsten en de meest kwetsbaren die het hardst worden geraakt”, aldus Wereldbankpresident Robert Zoellick over de gevolgen van de financiële crisis.
De Wereldbank voorspelt dat de economieën van de ontwikkelingslanden volgend jaar gemiddeld met 4,5 procent zullen groeien. Eerder werd nog uitgegaan van 6,4 procent groei. Volgens de Wereldbank drukt een procentpunt minder economische groei in de ontwikkelingslanden 20 miljoen extra mensen onder de armoedegrens.