Moeizame herdenking Kristallnacht
Eensgezind tegen antisemitisme. Dat wilde de Duitse Bondsdag zijn naar aanleiding van de 70e verjaring van de pogroms in Duitsland tegen de Joden op 9 november 1938. Maar voor de Duitse christendemocraten hield de eensgezindheid bij de Linkspartij op. Een truc bij de stemming over een antisemitismeresolutie voorkomt het schaamrood op de kaken voor de Bondsdag.
Een jaar lang hadden parlementariërs eraan gewerkt: een gemeenschappelijke motie van alle Bondsdagpartijen tegen het nog altijd presente antisemitisme. Ruim duizend strafdaden met antisemitische achtergrond telde de nationale recherche al dit jaar. En gemiddeld één keer per week vernielen of besmeuren rechts-extremisten wel ergens een Joodse begraafplaats. Dit laatste gegeven vormde de aanzet tot het partijoverstijgende initiatief van het Duitse parlement.Kort voor de behandeling in de Bondsdag staken enkele experts binnen de CDU/CSU echter een stokje voor de gezamenlijke actie. „Met deze linkse partijen kan men het antisemitisme niet geloofwaardig samen bestrijden”, meende woordvoerster binnenlandse zaken Kristina Köhler.
Binnen de unie is men van mening dat de Linkspartij zich niet afdoende van de antisemitische staatspolitiek van de DDR heeft gedistantieerd. Het is de christendemocraten vooral een doorn in het oog dat enkele Bondsdagleden van de Linkspartij openlijk sympathiseren met Hamas en Hezbollah, extremistische groeperingen die het bestaansrecht van Israël ontkennen.
Desondanks hekelde de Centrale Joodse Raad bij monde van secretaris-generaal Stephan Kramer de wispelturigheid van de christendemocraten. „De CDU heeft zo haar eigen problemen als het om antisemitisme gaat. Ze speelt nu de onschuld.”
Dat er binnen de Linkspartij een antizionistische vleugel is die soms in antisemitisme omslaat, weet ook Kramer maar al te goed. „Maar we hebben goede contacten met politici op alle niveaus binnen de partij. Juist die welwillenden laat je op deze manier in de kou staan.”
Uiteindelijk bleef de Bondsdag een blamage bespaard. In een aanvullende motie verheugt de Duitse Bondsdag zich op de herleving van het Joodse culturele leven in Duitsland, maar constateert ook dat het antisemitisme toeneemt, met name de islamitisch gemotiveerde. Hij eist van de regering onder andere meer aandacht in het onderwijs voor Jodendom en voor de uitbouw van Joodse academische en culturele instellingen.
De meesten zijn vooral opgelucht dat de resolutie het vóór 9 november gered heeft. Elf Linkspartijleden onthielden zich openlijk, een onafhankelijke, een voormalig CDU-fractielid, stemde tegen.
De symbolische waarde van de resolutie is voor Kramer van de Joodse Raad wel verbleekt: „De resolutie is gered, maar de coalitie der democraten, waar de Linkspartij wat mij betreft nog net bij hoort, is geschonden. Dat speelt antisemitisme bij rechts- én links-extremen in de hand.”