VN: 3 miljard nodig voor hulp
De Verenigde Naties hebben komend jaar 3 miljard dollar nodig om hulp te kunnen verlenen aan 50 miljoen mensen in dertig verschillende landen. De VN hebben dat dinsdag bekendgemaakt.
Het gaat om slachtoffers van crisissituaties en gewapende conflicten in onder meer Congo, Tsjetsjenië, de Palestijnse gebieden en Noord-Korea. Ethiopië en Afghanistan worden niet meegerekend, omdat de VN nog niet exact hebben vastgesteld hoeveel hulp daar komend jaar nodig is.
Voor het lopende kalenderjaar hadden de VN om 4,3 miljard dollar aan fondsen gevraagd. Nog geen 60 procent van dat bedrag is uiteindelijk door de lidstaten overgemaakt, constateerde dinsdag Carolyn McAskie, de ondercoördinator van de VN-noodhulpdienst.
Volgens McAskie richt de wereldgemeenschap zich steeds weer op één land, zoals vorig jaar Afghanistan, dat het leeuwendeel van de hulp krijgt, terwijl andere landen worden vergeten. „Wij proberen de aandacht te vestigen op vergeten noodsituaties”, zei ze.
Voorbeelden van zulke vergeten gebieden zijn volgens de VN Burundi, waar een burgeroorlog al 300.000 mensen het leven heeft gekost, en Eritrea, dat met de gevolgen van grote droogte worstelt terwijl het net een oorlog achter de rug heeft.
Het motto van de VN-noodhulp volgend jaar is ”Hoop voor de toekomst”. McAskie verklaarde dat daarvoor is gekozen omdat het voorbije jaar heeft laten zien dat landen die lange tijd door conflicten zijn geteisterd, zoals Afghanistan, Angola en Sierra Leone, conflicten en humanitaire crisissituaties te boven kunnen komen en de weg naar ontwikkeling kunnen inslaan. „Zelfs in crises die al heel lang duren, zijn er tekenen van hoop als er nog over vrede wordt gepraat”, zei McAskie, verwijzend naar Sudan, Congo, Somalië en Burundi.
Vermoedelijk zullen de VN voor komend jaar 700 miljoen dollar vragen voor Ethiopië en 600 miljoen voor Afghanistan. Na die twee landen is de nood in Angola het grootst, denken de VN. Voor dat land hebben de VN om 387 miljoen gevraagd.