Amsterdam leest Bijbel in tien dagen
„Waar staat dat verhaal van een klein mannetje dat in de boom klimt om Jezus te zien?” Theo Groenewoud zoekt het samen met een Amsterdammer in de Bijbel op en raakt aan de praat. Ten slotte wil de man ook zelf een stuk uit de Bijbel voorlezen. Groenewoud: „De spontaniteit is mooi om te zien.”
De kerken van Amsterdam lezen sinds vrijdag in tien dagen de Bijbel. Met Amsterdammers als de bezoeker in de Noorderkerk.Het idee voor de Bijbelvoorleesmarathon ontstond een jaar geleden op een Bijbelkring van initiatiefnemer Groenewoud. „Dat Amsterdam dit jaar Wereldboekenstad is, was een goede stimulans om ook de Bijbel daarin een plaats te geven.”
Met hulp van de Bijbel10daagse van het Nederlands Bijbelgenootschap kreeg het plan vorm. Elke dag wordt op een andere locatie in de hoofdstad de Bijbel voorgelezen. De tien locaties variëren van een kerk tot een gevangenis, van de Vrije Universiteit tot een openbare bibliotheek.”
Te koud
Langzaam druppelen wat mensen de Noorderkerk binnen, waar elke zondag de Gereformeerde Bondsgemeente kerkt. Ze worden onthaald op koffie en koek. Sommigen hebben het na een paar minuten gezien, anderen nemen plaats in de kerkbanken en blijven luisteren naar de Bijbelverhalen.
Storm loopt het vanmiddag echter niet. „’s Avonds verwachten we meer mensen”, aldus Karel Smouter, uitgezonden als stadsevangelist door de Noorderkerk en de IZB. „Dan lezen we Job in een café.”
Groenewoud vult aan dat het gebouw voor bezoekers een te hoge drempel kan vormen. „Vrijdag, bij de opening van de tiendaagse, lazen we buiten op de trappen van de Muiderkerk aan de Linnaeusstraat. Dat is een drukke doorgangsweg. Veel mensen zien het, blijven wachten en luisteren. Wij kunnen hen dan aanspreken. Maar nu is het daarvoor te koud, zodat we binnen moeten voorlezen.”
De meeste voorlezers lijken geoefend in het Bijbellezen. Zonder haperen en op toon wordt onder de preekstoel een gedeelte van Kronieken uit de Nieuwe Bijbelvertaling voorgedragen. „Maar een soldaat spande zijn boog en nietsvermoedend trof hij de koning van Israël tussen de schubben van zijn pantser. De koning zei tegen zijn wagenmenner: „Wend de teugel en breng me uit het strijdgewoel; ik ben zwaargewond.””
Ook de hobbel van de geslachtsregisters, die spreekvaardigheid vereisen, wordt moeiteloos genomen. „Cheles uit Pelon, uit de stam Efraïm. Sibbechai uit Chusa, uit de familie van Zerach.” Geen enkele keer valt een stilte.
Dat komt door het hoge percentage christelijke voorlezers. Volgens Groenewoud is in de Noorderkerk de verhouding tussen christelijke en niet-christelijke voorlezers ongeveer tachtig-twintig. In laagdrempeliger locaties is de verhouding fiftyfifty.
Voor minder geoefende voorlezers levert de Bijbelse taal soms problemen op. Groenewoud: „Gisteren hadden we iemand die moest stoppen. Hij vond het te moeilijk en kwam er niet uit.”
Eenheid
Het doel van de voorleesmarathon is het uitstralen van eenheid, ondanks de veelkleurigheid van de kerk, aldus Groenewoud. Hij doelt op veelkleurigheid in geloofsrichtingen, huidskleur en inkomens. „Hoe meer we als een eenheid naar buiten treden, hoe meer we Jezus laten zien aan de stad.”
De Amsterdamse burgemeester, Cohen, heeft als motto „de boel” bij elkaar houden. Kerken kunnen aan cohesie van de wijk bijdragen. Dat wordt steeds meer beseft door de overheid, vindt Groenewoud. „Er werd positief gereageerd op ons initiatief. Martin Verbeet, stadsdeelvoorzitter van Oost/Watergraafsmeer, opende vrijdag de tiendaagse. Verbeet, die uit een socialistische nest komt, vertelde dat de laatste Bijbel in de familie in 1895 de deur uit ging. Hij was erg enthousiast en wilde graag zijn medewerking aan ons initiatief verlenen. Ook wilde hij een Bijbel meenemen.”
Ook Rienk Blom, kerkmusicus en lid van Via Nova, een christelijk gereformeerd kerkplantingsproject in Amsterdam, las enkele hoofdstukken uit Kronieken. „Het is misschien niet de beste evangelisatieactiviteit, maar het is wel goed om te doen. Amsterdam is een culturele stad. Elke dag moet dit soort activiteiten opboksen tegen twaalf, dertien andere. Het vrijblijvende karakter ervan werkt wel ontwapenend. Mensen willen luisteren naar wat je te zeggen hebt.”