Een woordvoerder van het Nederlandse bedrijf Smit, dat betrokken is bij de berging van de Prestige, zei dat de tanker niet gebroken is, maar in het midden ingezakt en geknikt. Hij verwacht dat het schip gaat zinken. „Dat is nu slechts een kwestie van tijd, het kan nog twee dagen duren of het is binnen een halfuur gebeurd.”

De schroef van de Prestige steekt aan de achterkant boven water uit, evenals de neus van het schip aan de voorkant. Op de Prestige bevinden zich geen mensen meer. De medewerkers van Smit gaan elke avond van boord en slapen op de sleepboten.

Maandag toonde Smit, na er in te zijn geslaagd de tanker te keren, zich nog optimistisch dat de Prestige niet zou breken. Het schip bevindt zich ongeveer op de grens van de Spaanse en de Portugese wateren. Zowel Spanje als Portugal heeft Smit verboden de tanker naar een van zijn havens te slepen, om te voorkomen dat de visserij en het toerisme in hun kustgebied dan nog meer schade van de olieramp ondervinden dan nu al het geval is.

Zo’n 80 procent van de 77.000 ton olie bevindt zich nog in de tanker. Hoeveel olie er bij het zinken van het schip nog zal vrijkomen, is moeilijk te zeggen, aldus Smit. Een aantal compartimenten is nog heel. „Ik hoop dat deze heel blijven, dan gaat de lading olie gewoon mee naar de bodem en komt niet vrij.”

Volgens de Smit-woordvoerder zat dit debacle er aan te komen. „We hebben vijf dagen rondgedobberd met het gehavende schip. Om reparaties uit te voeren en de lading over te pompen hadden we óf in rustige wateren moeten verkeren óf in een haven aanleggen. Dat lukte helaas niet.”

De Prestige heeft vermoedelijk veel meer olie verloren dan tot dusver wordt gevreesd. Op ongeveer 140 kilometer uit de kust drijft een olievlek van bijna 1200 vierkante kilometer. De Spaanse autoriteiten gaan er voorlopig van uit dat die olie de stranden niet kan bereiken, maar milieu-organisaties betwijfelen dat.

De olievervuiling veroorzaakt een economische schade van 7 miljoen euro per dag, volgens schattingen van de Spaanse overheid. Dat komt doordat de visvangst in het gebied voor de kust tussen Kaap Finisterre en La Coruña verboden is.

De Griekse kapitein van de tanker, Apostolus Maguras, is zondagavond in hechtenis genomen na een ondervraging door een rechter in La Coruña. Hij wordt beschuldigd van ongehoorzaamheid jegens de autoriteiten en het toebrengen van schade aan het milieu. De maritieme autoriteiten hebben eerder gezegd dat de kapitein, nadat hij woensdag een noodsignaal had uitgezonden, uren heeft geweigerd sleepkabels aan zijn schip vast te laten maken. Al die tijd dobberde de Prestige gevaarlijk dicht bij de kust rond.

De eigenaar van de olie aan boord van de Prestige, een handelaar in Singapore, heeft gisteren bevestigd dat de lading bestemd was voor Singapore. Hij wilde niet zeggen of er plannen waren om het schip voor de oversteek naar Azië te laten aanmeren in Gibraltar. Spanje had documenten vrijgegeven waarin Gibraltar als bestemming van de olie stond opgegeven, maar Britse diplomaten hebben dat tegengesproken.

De noordwestkust van Spanje staat vanwege de vele schipbreuken bekend als de ”Kust des Doods”. De afgelopen jaren hebben er zich verscheidene ongelukken met olietankers voorgedaan. De grootste ramp voltrok zich in december 1992 toen de Griekse tanker Aegean Sea bij La Coruna op de klippen liep.