Zaak oorlogsmisdaden Rwanda drijft op getuigen
Getuigenverklaringen zijn van het grootste belang in de rechtszaak tegen een vermoedelijke oorlogsmisdadiger uit Rwanda, die maandag in Den Haag voor de rechter is verschenen. Het dossier tegen de 40–jarige Joseph M. bestaat voor het grootste deel uit uitlatingen van mensen over de verdachte, zei René Elkerbout, de voorzitter van de rechtbank.
Joseph M. is volgens het openbaar ministerie (OM) in 1994 betrokken geweest bij moordpartijen op Tutsi–vluchtelingen. Daarbij gebruikte hij knuppels en kapmessen, aldus het OM. Ook zou M. verkrachting op zijn kerfstok hebben. In 1994 werden in het Midden–Afrikaanse land in honderd dagen meer dan 800.000 Tutsi’s en gematigde Hutu’s afgeslacht door radicale Hutu’s.Het OM, de advocaat van M. en de onderzoeksrechter hebben de afgelopen maanden veel gereisd om getuigen te horen. Ze zijn onder meer in Rwanda, Tanzania, Mali, Finland en Frankrijk geweest. Ook is veel moeite gedaan om erachter te komen of getuigen meerdere verklaringen hebben afgelegd. De Nederlandse rechter kreeg toestemming van het Rwanda–tribunaal in Tanzania om anonieme getuigenissen te vergelijken en te gebruiken voor de rechtszaak tegen M.