NAVO actief bij drugsbestrijding Afghanistan
De NAVO-ministers van Defensie bereikten vrijdag in Boedapest een compromis over de bestrijding van drugs in Afghanistan. Dat maakte de woordvoerder van NAVO-topman De Hoop Scheffer aan het eind van de ochtend bekend.
De activiteiten van de NAVO-troepen in de bestrijding van drugs zijn beperkt. Belangrijke voorwaarde is dat het gebeurt in afstemming met de Afghaanse overheid. Ook is het een tijdelijke maatregel, die in februari tijdens een volgende ministersbijeenkomst weer wordt herzien.Het onderwerp van de drugsbestrijding zorgde de afgelopen dagen voor onenigheid binnen de NAVO. Donderdag zei De Hoop Scheffer dat nog „niet alle neuzen dezelfde kant uit” stonden.
Volgens ingewijden waren het vooral de Verenigde Staten en Groot-Brittannië die pleitten voor een grotere NAVO-rol in dit opzicht. Anderzijds was het vooral Duitsland dat stelde dat dit geen taak voor militairen is. Maar ook Nederland is donderdagnacht volgens een zegsman „tot het eind” toe betrokken geweest bij de gesprekken.
De Nederlandse minister Eimert van Middelkoop stelde vrijdagmorgen nadrukkelijk dat drugsbestrijding „een zaak voor de Afghaanse politie” is. Tegelijk heeft hij er oog voor dat de drugswinsten worden gebruikt voor wapens die „tegen onze mannen en vrouwen” worden ingezet. „Daarom hebben wij ermee ingestemd dat er in samenwerking met de Afghaanse autoriteiten iets op dit terrein wordt ondernomen. Als Nederland eisen wij ook dat dit een tijdelijke oplossing is. Niet omdat het geen reëel probleem is, maar omdat het onze taak niet is. Hoe meer de Afghanen zelf doen, hoe beter.”
Van Middelkoop kon niet zeggen of ook de Nederlandse troepen in Uruzgan actief zouden worden op dit punt. „Ik moet dat nog eens bespreken of daar ruimte voor is.”