„Koester christelijke identiteit van Nederland”
In Dordrecht, stad van 120 nationaliteiten, gingen SGP-fractievoorzitter Van der Vlies en emeritus hoogleraar dr. W. Th. M. Frijhoff donderdag in debat over de Nederlandse identiteit. Eens werden ze het niet, maar dat is dan ook weer typisch Nederlands.
Lees hier de volledige lezingen.Prinses Máxima heeft heel wat losgemaakt met haar constatering dat ze dé Nederlandse identiteit niet heeft gevonden. Ruim een jaar na dato komt haar opmerking terug in de Johan de Wittlezingen die Van der Vlies en Frijhoff donderdag hielden.
Frijhoff geeft de aanstaande koningin gelijk. Dé Nederlandse identiteit bestaat volgens hem niet. „Iedereen heeft er wel een oordeel over en weinig oordelen dekken elkaar volledig. Dat is maar goed ook. Identiteit is van ieder en allen.” En: „Onze identiteit is de manier waarop wij de toekomst wensen te zien en vorm wensen te geven, niet het onherroepelijke keurslijf van hoe wij vanuit het verleden zouden zijn geworden.”
Van der Vlies grijpt bij zijn typering van de Nederlandse identiteit wél nadrukkelijk terug op de historie. „Onze identiteit valt slechts te duiden vanuit onze geschiedenis.” Als een van de grondtrekken van onze volksaard noemt hij „een sterk geloof in rechtvaardigheid van de eigen zaak.” Tolerantie ook, de drang naar ongebondenheid. Vanzelfsprekend vallen de termen ”koopman” en ”dominee”.
Onze nationale identiteit is volgens de SGP’er sterk gestempeld door de Reformatie en de invloed van Calvijn. Tegelijkertijd constateert hij dat het christelijke fundament onder onze samenleving in rap tempo wordt gesloopt.
Christelijke waarden als vrijheid, solidariteit en humaniteit zijn door liberalen en sociaaldemocraten geannexeerd en hebben een andere betekenis gekregen. De nestor van de Kamer bepleit een herijking van die waarden aan de Bijbel. Alleen dan zal de Nederlandse identiteit houdbaar blijken te zijn. „Het beleven en koesteren van de christelijke identiteit kan waarborgen dat de eigen identiteit niet wordt opgeslokt door een andere, ongewenste identiteit, bijvoorbeeld door de islamitische.”
Frijhoff zegt na zijn lezing dat de christelijke religie juist „een wat ondergeschikte rol” speelt in zijn beeld van het toekomstige Nederland. „Het relatieve belang van de christelijke religie is minder geworden. Christelijke waarden zijn geïncarneerd in seculiere waarden. Daar heb je geen kerken meer voor nodig.”
Wat hem aangaat geen herwaardering van de christelijke oorsprong van ons land. „Mijn pleidooi is om resoluut naar de toekomst te kijken.” Dat deden de stichters van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden destijds ook. „Zij zochten hun trots en identiteit niet in het verleden en ze waren nog niet geobsedeerd door hun erfgoed.”
Van der Vlies vindt dat de Nederlandse identiteit niet op het spel gezet moet worden. „We moeten die doen postvatten in de gewetens van onze burgers. Hoe dat kan? Door Gods Woord overal zijn loop te doen hebben.”