Kerk & religie

„Hulpverlening aan psychisch zieken ook taak kerk”

Kerkelijke gemeenten binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) zijn vaak pastoraal en diaconaal betrokken bij psychiatrische patienten en mensen met psychische problemen. Tweederde van de gemeenten ziet deze hulpverlening ook als haar taak.

Kerkredactie
9 October 2008 19:28Gewijzigd op 14 November 2020 06:31
UTRECHT - Kerkelijke gemeenten binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) zijn vaak pastoraal en diaconaal betrokken bij psychiatrische patienten en mensen met psychische problemen. Tweederde van de gemeenten ziet deze hulpverlening ook als haar taak.
UTRECHT - Kerkelijke gemeenten binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) zijn vaak pastoraal en diaconaal betrokken bij psychiatrische patienten en mensen met psychische problemen. Tweederde van de gemeenten ziet deze hulpverlening ook als haar taak.

Dat concludeert onderzoeksbureau Kaski in een donderdagmiddag gepresenteerd onderzoek, onder de titel ”Ruimte voor anderszijn”.Van de gemeenten in de Protestantse Kerk geeft 62 procent aan pastoraal en diaconaal betrokken te zijn bij psychiatrisch zieken of mensen met een psychische aandoening. In 49 procent van de kerkelijke gemeenten zijn er activiteiten voor mensen uit de omgeving van psychische patienten.

Kaski voerde het onderzoek uit in de maanden mei en juni 2008. Van de 598 aangeschreven gemeentepredikanten reageerden er 169. De respons ligt daarmee op 28 procent. Dit percentage is volgens Kaski „bijgewogen” naar gemeentegrootte om zo veel mogelijk een representatief beeld te krijgen.

Het onderzoek laat zien dat, naast pastorale contacten, begeleiding bij contacten met instanties en praktische hulp en financiële steun de meest voorkomende ’hulpverleningsactiviteiten’ van gemeenten zijn. Binnen de gemeenten is het vooral de diaconie die dit soort activiteiten ontplooit. Ongeveer een kwart tot eenderde van de predikanten zegt betrokken te zijn bij de hulp aan psychisch zieken. Bij hun hulp maken gemeenten geen onderscheid tussen gemeenteleden en niet-gemeenteleden met problemen, stelt het onderzoek.

Kleinere gemeentes zijn minder actief, zo komt verder naar voren uit het rapport, evenals predikanten met een geringe aanstelling. Hier zijn volgens de onderzoekers twee mogelijke oorzaken voor aan te wijzen. Zo komen binnen kleinere gemeentes getalsmatig minder vaak psychiatrische patiënten en mensen met psychische problemen voor en dus is er minder behoefte aan actie. Een tweede verklaring kan zijn dat de kleinere gemeentes minder slagvaardigheid hebben om initiatieven te ontplooien.

Veel predikanten blijken aandacht te hebben voor gemeenteleden met psychische problemen. Dat er aandacht voor deze mensen is, wil echter nog niet zeggen dat dit door de gemeente vertaald wordt in beleid. Minder dan één op de vijf gemeenten meldt namelijk beleidsmatige aandacht. „Dat doet vermoeden dat het nemen van initiatieven afhankelijk is van individuele initiatieven van mensen, met name predikanten. En dan vooral die predikanten die het een en ander weten van en lezen over psychiatrie, psychiatrische ziektebeelden en psychische problemen”, aldus het rapport.

Meer dan tweederde van de gemeenten binnen de Protestantse Kerk ziet het als haar taak om activiteiten voor psychisch zieken en hun omgeving te ontplooien. Daarbij moet er echter wel daadwerkelijk tijd zijn om initiatieven te kunnen nemen. Die tijd is schaars en dat geldt het sterkst bij de kleinere gemeentes.

Veel van de ondervraagde predikanten (60 procent) vinden dat de landelijke kerk de overheid moet stimuleren om steun te verlenen aan psychiatrische patiënten en mensen met psychische problemen. Ongeveer een op de tien predikanten vindt echter dat de kerk zich juist helemaal niet met de thematiek moet bezighouden. Daartussen zit onder andere een groep van 40 procent die vindt dat de landelijke kerk extra ondersteuning moet bieden aan plaatselijke initiatieven. Eveneens is er een groep van 40 procent die zegt dat extra aandacht vragen voor mensen met psychische problemen eerder stigmatiserend werkt en daarmee dus juist niet bijdraagt aan ruimte voor anderszijn.

Op 21 oktober houden Kerk in Actie -de diaconale en maatschappelijke tak van de Protestantse Kerk- en de organisatie Ruimte voor anderszijn een presentatie over het onderzoek in het Protestants Landelijk Dienstencentrum te Utrecht. Na de presentatie zal prof. dr. Henk de Roest, hoogleraar praktische theologie aan de Protestantse Theologische Universiteit, een reactie geven met als titel ”Pleisterplaatsen voor de ziel?”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer