Britse spaarders hebben miljoenen ponden uitstaan in IJsland, voornamelijk bij internetbank Icesave. Icesave, onderdeel van het ingestorte Landsbanki, heeft de mogelijkheid geld op te nemen of naar andere rekeningen over te boeken geblokkeerd. De Britse overheid staat nu garant voor het spaargeld, omdat de IJslandse regering die verantwoordelijkheid niet wil nemen.‘Geloof het of niet, maar de IJslandse regering heeft me gisteren verteld dat ze niet van plan is haar verplichtingen hier na te komen’, zei minister van financiën Alistair Darling woensdag.

De IJslandse premier Geir Haarde zei dat hij streeft naar een ’voor beide partijen bevredigende oplossing’ voor het verlies aan Brits spaargeld. Volgens hem is er een goede kans dat de totale waarde van Landsbanki groot genoeg zal zijn om de spaarders hun geld terug te geven. Hij zei over de relatie met Groot-Brittannië dat IJsland vast van plan is te voorkomen dat de financiële crisis ’de langdurige vriendschap gaat overschaduwen’.

De financiële crisis heeft IJsland extra hard geraakt, omdat de financiële sector daar verreweg de belangrijkste economische factor is. Dat is een gevolg van een enorme groei op de beurzen in de jaren negentig. In vijf jaar tijd nam daardoor de welvaart van het gemiddelde IJslandse gezin met 45 procent toe. De keerzijde van die rijkdom is dat IJslandse banken, door talrijke investeringen, nu geweldige schulden hebben in het buitenland. De vier grootste banken van het land staan meer dan honderd miljard dollar in het krijt, bij een bruto nationaal product van niet meer dan 14 miljard dollar. Omgerekend komt dat neer op een schuld van ruim 73 miljard euro en een bnp van net iets meer dan tien miljard.