Verhagen verkeerde zelf jaren in de wereld van drank en drugs. Als geen ander kent hij de gevaren ervan. „Ik zou wel van de daken willen roepen hoe gevaarlijk die rommel is. Het is desastreus. De jonge hersenen lopen blijvende schade op, die kan uitlopen op psychiatrische stoornissen zoals schizofrenie, neuroses en manische depressiviteit. En buiten dat: drank en drugs zijn wapenen waarmee de duivel onze kinderen wegtrekt van de dienst van God.”De stap van een onschuldig glaasje naar verwoestende verslaving wordt steeds kleiner, constateert Verhagen. „Wat dacht je van al die breezers? Je merkt niets van de alcohol die erin zit, tot je met een alcoholvergiftiging wakker wordt in het ziekenhuis. Dat is een groot gevaar.”

Drank verlaagt de drempel naar drugs, weet Verhagen uit de praktijk. „In elke kroeg wordt je tegenwoordig wel een keer een pilletje of een lijntje speed of coke aangeboden. Het staat natuurlijk stoer als je kunt zeggen dat je „hard ging en strak stond”, zoals dat heet als je drugs gebruikt.”

Ouders, leerkrachten en ambtsdragers beseffen te weinig hoe groot de macht is van de jongerencultuur, vindt Verhagen. Daarom wil hij iedereen wakker schudden.

„Het gaat niet goed. In Goes zijn er kroegen die vol zitten met reformatorische jongeren, die de hele avond zuipen en slikken. Ouders, praat op tijd met je kinderen. Denk niet dat ze er te goed voor zijn. Ze hebben duidelijkheid nodig, ze schreeuwen erom. Durf nee tegen hen te zeggen, dat doen we veel te weinig.”

Vasthouden aan de Bijbel is van wezenlijk belang, benadrukt Verhagen. „We zijn bang geworden om dingen te verbieden op grond van de Bijbel. Daar hoeven we helemaal niet bang voor te zijn. Als we onze kinderen willen beschermen, nemen we alleen maar onze verantwoordelijkheid. Maar dat vraagt wel liefde van ouders om te leven naar het Woord van God. Dat is inderdaad een strijd, maar het gaat om hun ziel. Dat moeten we blijven beseffen.”

Niet alleen ouders, maar ook leraren en ambtsdragers moeten hun verantwoordelijkheid nemen, is de overtuiging van Verhagen. „Laten ze er met elkaar eens over nadenken. Het gaat om onze jongeren. Onder hen heb ik de laatste tien jaar de nood van verslavingsproblematiek explosief zien stijgen. We mogen hen niet loslaten. Voor de ellende, die ik hier dagelijks zie, hebben we hen toch niet over?”