Dat staat althans te lezen in het oktober/novembernummer van Hollands Diep. Hoofdredacteur Robbert Ammerlaan, ook directeur van De Bezige Bij en ooit met prins Bernhard in de weer om een boek over hem te maken, schrijft het in zijn artikel A spoiled German boy; Juliana & Bernhard; Het verhaal van een huwelijk. Volgens Ammerlaan zei de eerbiedwaardige De Jong ooit tegen hem: „U weet toch net zo goed als ik dat de koningin in de Hofmanstijd hartstikke gek was? Want dat was ze - rijp voor het gesticht".De Hofmansaffaire ontstond nadat Juliana en Bernhard de gebedsgenezeres in huis hadden gehaald om iets te ondernemen tegen de oogkwaal van prinses Marijke, later Christina. Een heftige huwelijkscrisis ontstond. „Wat er ook allemaal in de Hofmansaffaire aan de orde is geweest, voor Bernhard draait de huwelijkscrisis tussen hem en zijn vrouw tenslotte om zijn moeder", aldus Ammerlaan. Bernhard was woest omdat Juliana zijn innig geliefde moeder Armgard ten onrechte van van alles en nog wat had beschuldigd.

Ammerlaan beroept zich op brieven van Bernhard en diens broer Aschwin. Hij kreeg de brieven ter inzage lang nadat zijn samenwerking met Bernhard om tot een boek over de prins te komen, was beëindigd. Over alles wat hij tijdens die samenwerking opstak, laat Ammerlaan zich als toen beloofd niet uit.

Wel vertelt Ammerlaan nog over een ontmoeting met een Londense oorlogsvriendin van de prins, Annie Orr Lewis. De twee geliefden van destijds waren altijd vrienden gebleven. Zij had zich ook door Juliana geaccepteerd gevoeld. Ze was, kort na de Lockheed-affaire waarin de prins pijnlijk verzeild was geraakt, nergens verbaasd over. Niet over steekpenningen, niet over de vriendin en het kind in Parijs over wie toen al verhalen de ronde deden.

„Nee, dat wist ze natuurlijk allemaal wel. Omdat hij het haar allemaal verteld had? Daarom ook. Maar ook om iets anders. Because, zei ze met een fijn lachje, he has always been a spoiled German boy (Hij is altijd een verwend Duits jochie geweest)”, schijft Ammerlaan.

Volgende maand verschijnt het boek Juliana & Bernhard van Cees Fasseur, die daarvoor toegang kreeg tot het Koninklijk Huisarchief.