Uitzendbureaus kunnen tienduizenden aan werk helpen
Uitzendbureaus kunnen een grote bijdrage leveren aan het verhogen van de arbeidsdeelname. In 2009 al kunnen zij 37.500 mensen extra aan het werk helpen. Dit aantal kan oplopen tot 77.500 in 2012.
Dat concludeert de commissie die zich onder leiding van oud-minister De Vries van Sociale Zaken heeft gebogen over de vraag welke rol de uitzendbranche kan spelen bij het opkrikken van de arbeidsparticipatie. Hij bood zijn bevindingen dinsdag aan aan minister Donner van Sociale Zaken.De commissie komt met een aantal aanbevelingen. Zij stelt voor uitzendbureaus veel meer dan nu gebeurt te benutten voor scholing. Zij moeten een erkend opleider worden, waarbij flexwerkers kunnen leren en werken. De overheid en alle opleidingsfondsen van bedrijfstakken zouden geld beschikbaar moeten stellen voor scholing en begeleiding van flexkrachten.
Ook kan de uitzendbranche een grotere rol spelen bij het aan het werk helpen van (langdurig) werklozen en andere mensen met weinig kans op een baan. Ook uitzendbureaus moeten gebruik kunnen maken van loonkostensubsidies. Nu kan een werkgever die subsidie alleen aanvragen wanneer hij iemand een jaarcontract aanbiedt. De commissie pleit ervoor de loonkostensubsidie overdraagbaar te maken zodat werknemers deze mee kunnen nemen van de ene naar de andere werkgever.
Van de mensen die via uitzendbureaus werken, behoort nu al 27 procent tot de groepen die moeilijk aan een baan komen. Onder hen zijn volgens ABU-directeur Van der Gaag 15.000 gedeeltelijk arbeidsongeschikten.
De commissie wil zich ook inzetten voor de zogenoemde nuggers, mensen die niet werken en ook geen uitkering ontvangen. Zij heeft ook daarbij wel hulp nodig van de overheid. „Wij kunnen het niet alleen. Samenwerking met onder meer de sociale partners, onderwijsinstellingen en overheden is nodig”, aldus commissielid Waleson.
Donner waardeert de inspanningen van de uitzendbranche. Het is hard nodig dat meer mensen werken om de gevolgen van de vergrijzing op te vangen. Nu werkt ongeveer 73 procent van de beroepsbevolking. Het kabinet wil dat verhogen tot 80 procent in 2016.