Van Middelkoop met militairen om tafel
Minister Van Middelkoop van Defensie gaat zo snel mogelijk met de militaire vakbonden praten over zijn uitlatingen in Vrij Nederland. Die zouden hebben geleid tot onrust onder militairen.
Dat moest de bewindsman donderdag aan de Tweede Kamer beloven.Een Kamermeerderheid hield Van Middelkoop gisteren voor dat zijn uitspraken over de dienstplicht en over gezag voor veel ophef in de krijgsmacht hebben gezorgd. De minister had zich tegenover Vrij Nederland laten ontvallen dat hij begin jaren 70 „heel blij” was dat hij niet in dienst hoefde. In het leger zou hij „doodongelukkig” zijn geworden.
De militaire vakbonden reageerden daar furieus op. Voorzitter J. Debie van VBM/NOV zei maandag: „Hoe kunnen soldaten vertrouwen hebben in hun minister als die zegt dat hij moeite met gezag heeft en blij is de dienstplicht niet te hebben vervuld?”
Van Middelkoop zei gisteren dat hij geen signalen had vernomen van grote ophef onder militairen. „Er is geen noodzaak voor het herstellen van vertrouwen.”
Die houding viel helemaal verkeerd bij de Kamer. Die drong er op aan dat de minister zo snel mogelijk om tafel gaat met de militaire vakbonden om de kwestie uit te praten. Van Middelkoop zegde toe dat te doen.
PVV-Kamerlid Brinkman kwam nog even terug op de uitspraken van Van Middelkoop over het homohuwelijk. In Vrij Nederland omschreef de bewindsman de stemming over de wet die het homohuwelijk mogelijk maakte als „een van de ergste politieke nederlagen uit mijn carrière” en „de ontbinding van het familierecht.”
In een brief aan de Kamer schreef Van Middelkoop daarover maandagavond: „Ik heb verwezen naar het standpunt dat de ChristenUnie destijds innam. In het coalitieakkoord van 2007, waaraan ik mij als minister uiteraard volledig heb gecommitteerd, wordt de vigerende wetgeving over het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht intact gelaten. Het kabinet geeft vanzelfsprekend ten volle uitvoering aan de geldende Nederlandse wetgeving.”