Binnenland

Lief en leed delen met „internaatpapa”

Is 25 september de dag van de huismeester? Slinger, die deze baan heeft op het internaat van hogeschool Driestar educatief in Gouda, heeft er nog nooit van gehoord. Hij krijgt nu al genoeg waardering. De kaartjes van de studenten waarmee de woonkeuken is behangen, getuigen ervan.

Gertrude Brouwer
26 September 2008 10:07Gewijzigd op 14 November 2020 06:26

In het internaat wonen dit jaar negentig meiden en veertien jongens. Dat is wel eens anders geweest, vertelt de 45-jarige H. Slinger. „Toen ik hier in 2001 kwam werken, waren er twee etages waar manvolk woonde, 28 jongens in totaal. Ver voor mijn tijd woonden er zelfs alleen jongens in het internaat. Maar met dit aantal meiden zijn de verhoudingen wel een beetje scheef.”Slinger heeft plezier in zijn werk. Vooral de sociale contacten vindt hij belangrijk. De studenten komen over allerlei onderwerpen met hem praten: verkering krijgen, de stages die ze achter de rug hebben, de gebeurtenissen op de hogeschool. De studenten delen niet alleen lief, maar ook leed met de huismeester, zoals het overlijden van een vader of moeder. „Dat heb ik in de jaren die ik hier werk al een aantal keren meegemaakt. Het is fijn dat de studenten dat ook aan mij kwijt kunnen.”

De nieuwelingen krijgen steevast een ontgroening. Slinger heeft soms met ze te doen. De eerste weken van het nieuwe schooljaar is hij vaker aanwezig dan anders, om de eerstejaars tot een hand en een voet te zijn. „Ik hoop dat de studenten het internaat doordeweeks als hun thuis zien.” Sommigen van hen komen alleen. Het is de taak van Slinger om dan tweetallen te vormen. In het veertig jaar oude gebouw zijn bijna geen eenpersoonskamers.

Sportief
Wanneer de studenten het te bont maken tijdens de ontgroening of op andere momenten, grijpt de huisbaas in. „Hier heerst een permanente kampsfeer. Aan de ene kant is dat leuk, anderzijds maakt die massaliteit het wel eens lastig. Soms moet ik hard zijn. Ik ben heus wel eens kwaad. Maar vaak zijn de studenten dan wel sportief en stoppen ze ook.”

De huisbaas herinnert zich een jongen die bepaald niet makkelijk was. Toen deze later met Slinger praatte over zijn tijd op het internaat, zei hij: „Eigenlijk vond ik het heel beroerd als je kwaad op me was.” De huisvader vindt het normaal dat het soms misgaat. „Thuis heb ik zes kinderen en daar gaat het ook niet altijd goed.”

Bezorgde ouders informeren soms of er wel genoeg wordt gestudeerd. Slinger houdt zich niet met deze vraag bezig. „Dat is de verantwoordelijkheid van de studenten. Dat het grootste gedeelte van de vierdejaars voor de zomervakantie in de Goudse kerk Sint-Jan zijn diploma in ontvangst mag nemen, is voor mij een bewijs dat het hier niet te gezellig is.”

Toen Slinger op het internaat kwam werken, had hij een weektaak aan het huismeesterschap. In de loop der jaren is dat veranderd. Werd er eerst nog op het internaat gekookt, sinds een paar jaar krijgen de studenten maaltijden van het Groene Hartziekenhuis. Slinger ziet er op toe dat de maaltijden gevarieerd blijven. „Ik wil niet dat ze alleen maar aardappels of rijst eten.” Ook het doen van boodschappen en technische klusjes horen bij zijn takenpakket.

Waardering
Tegenwoordig werkt Slinger nog twintig uur per week op het internaat. De rest van de week is hij actief bij de facilitaire dienst van hogeschool Driestar educatief. Bedrijfshulpverlening (bhv) is ook een onderdeel van het huismeesterschap. Studenten mogen hem ’s avonds bellen als er iets vervelends gebeurt.

In Slingers loopbaan is dat in ieder geval één keer hard nodig gebleken: er brak brand uit op de kamer van twee meiden. De Goudse bhv’er was er direct bij en heeft de studentes geholpen. Hun dankbaarheid daarvoor kwam naar voren bij het afsluitingskamp van de pabo. Slinger laat een poster zien die ze voor hem maakten. Daarop staat een gedicht, waarin de studenten de huismeester hun „papa” noemen. „Toen ze dat voordroegen, moest ik wel even slikken.”


Het was gisteren de Dag van de huismeester. In de Beurs van Berlage in Amsterdam kwamen 800 van de circa 1200 huismeesters samen. Minister Vogelaar voor Wonen, Wijken en Integratie nam het boek ”De Goede Huismeester” in ontvangst.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer