Opinie

Kwaliteit examen havo en vwo onder druk

Staatssecretaris Van Bijsterveldt wil het examen voor de havo en het vwo zwaarder maken. G. E. Kamerik vindt dat de scholen dan ook meer tijd, middelen en ruimte moeten krijgen om zich goed en tijdig te kunnen voorbereiden op de bijgestelde exameneisen.

15 September 2008 09:07Gewijzigd op 14 November 2020 06:22
„Het stellen van hogere eisen aan het examen is geen bezwaar, als leerlingen daar maar goed op voorbereid worden.” Foto RD Henk Visscher
„Het stellen van hogere eisen aan het examen is geen bezwaar, als leerlingen daar maar goed op voorbereid worden.” Foto RD Henk Visscher

„VO-raad vreest strengere eisen examenjaar havo-vwo, slagen wordt moeilijker”, gaven vorige week diverse kranten te kennen. De staatssecretaris wil in ieder geval het centraal schriftelijk examen meer gewicht geven.De plannen van de staatssecretaris werden sceptisch ontvangen. Zo wees de VO-raad, de belangenbehartiger van het voortgezet onderwijs, bij monde van voorzitter S. Slagter op mogelijke ongewenste neveneffecten. Slagter verwacht een beduidend hoger aantal leerlingen die gaan zakken voor het examen.

Duidelijk is dat staatssecretaris Van Bijsterveldt een aantal problemen signaleert in het voortgezet onderwijs. Zij heeft onder andere de indruk dat scholen te hoge cijfers geven voor het eindexamen, met als doel de resultaten op te krikken. Dit probleem is mijns inziens het meest fundamentele probleem.

De vraag dringt zich op in hoeverre voorgenomen maatregelen effectief zijn en hoe ongewenste neveneffecten voorkomen kunnen worden.

Diverse onderzoeken naar de effecten van verschillende soorten centrale examens in westerse landen laten zien dat een nationaal centraal examen de beste resultaten geeft. Een verklaring hiervoor is dat een dergelijk examen een betrouwbare informatiebron is voor vervolgopleidingen en werkgevers wat betreft de studieprestaties van leerlingen. Hoe beter de resultaten, des te beter vervolgonderwijs de leerling kan volgen en des te meer voordeel er is in de toekomstige beroepsuitoefening. Hard werken wordt beloond. Daarnaast zijn centrale eindexamens een spiegel voor scholen om hun onderwijs te verbeteren. De positieve invloed op de leerresultaten blijkt het grootst in onderwijssystemen waarin een centraal examen wordt gecombineerd met een relatief grote vrijheid voor schoolleiders en docenten.

Het kenmerkende van het Nederlandse examen is dat het bestaat uit een centraal eindexamen, dat geldt voor alle leerlingen van dezelfde onderwijssoort en daarnaast uit een tussen scholen variërend schoolexamen. Nederlandse scholen bezitten een tamelijk grote vrijheid om schoolexamens naar eigen inzicht in te vullen en kunnen daarmee invloed uitoefenen op de helft van het uiteindelijke eindexamen van een leerling. Deze vrijheid van scholen is met ingang van 2007 nog verder toegenomen. De mate van betrouwbaarheid van het eindexamen binnen het Nederlandse systeem kan hierdoor onder druk komen te staan.

Onderzoek heeft aangetoond dat er tussen 1997 en 2005 sprake is van een trend naar steeds grotere verschillen tussen de schoolexamen- en centraal examencijfers en dat deze ontwikkeling het sterkst is in het vwo. Juist binnen dit onderwijstype is de garantie van de kwaliteit van het eindexamen het meest onzeker geworden. Deze trend is mede het gevolg van recente onderwijsontwikkelingen, waardoor steeds grotere delen van het schoolexamen andere stof en vaardigheden toetsen dan het centraal schriftelijk examen.

Daarnaast blijken diverse andere factoren van invloed te zijn, zoals een specifieke onderwijsvisie op een school, hoger advies dan de werkelijke capaciteiten van leerlingen en het percentage allochtonen op een school.

Regelmatig wordt de wijziging in het normeringssysteem van het centraal examen in 2000 als een van de oorzaken genoemd, maar dat blijkt nauwelijks van invloed te zijn.

Ombuigen
Het ligt voor de hand dat de staatssecretaris deze trend wil ombuigen en er zorg voor wil dragen de waarde van het examen te garanderen, door het centraal schriftelijk examen meer gewicht geven. De vraag is alleen hoe. Het stellen van strengere eisen is eenvoudig te regelen, maar als het daarbij blijft heeft het ongetwijfeld ongewenste neveneffecten.

Als de kwaliteit van het examen ons een zorg is, moet er niet alleen vanuit de overheid maar ook vanuit de scholen actie worden ondernomen. Het stellen van hogere eisen is geen bezwaar, als leerlingen daar maar goed op voorbereid worden. Ook het onderwijsleerproces is een belangrijke factor tot het verhogen van het prestatieniveau van leerlingen.

Kortom, het ombuigen van de gesignaleerde trend door alleen hogere eisen te stellen zal, naast het positieve effect, ook ongewenste neveneffecten hebben. Deze neveneffecten kunnen zo veel mogelijk voorkomen worden door scholen tijd, middelen en ruimte te bieden om zich goed en tijdig te kunnen voorbereiden op de bijgestelde exameneisen.

De auteur is locatiedirecteur havo/vwo van het Calvijn College in Goes.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer