Afkicken van paardenkrachten
Vissersschepen met veel paardenkrachten zijn niet meer van deze tijd. Scheepswerven spelen er op in. De beulen van de zee worden omgebouwd tot vriendelijke visvaartuigen.
Schoenen uit in het bemanningsverblijf van de SL-27 ”Johannes”. Buiten mag het er dan ruig aan toe gaan, binnen moet het zeker netjes blijven.Anne-Marie van Seters, echtgenote van schipper Johan, zorgde voor de inrichting van de kotter. Trots laat ze het magazijntje en de slaapruimte voor de bemanning zien. Haar man heeft een eigen hut. Gordijntje voor het raam naar het achterdek.
Machinefabriek Padmos bouwde in een jaar de bestaande boomkorkotter SL-27 om in een moderne flyshooter. In de haven van Stellendam is morgen de feestelijke overdracht aan de familie Van Seters.
De verbouwing is geen luxe, maar pure noodzaak. De visserijsector moet wat. Olieprijzen rijzen de pan uit, opbrengsten blijven achter. De brandstofverslindende boomkorvisserij heeft zijn langste tijd gehad. Vijf liter diesel voor een kilo schol, kan in deze tijd echt niet meer. Olie is duur, de jagers van de zee moeten afkicken van de paardenkrachten.
Twinriggen heet de overlevingsstrategie. Dubbele netten die achter de kotter aan rustig in het water drijven, in plaats van de kor die met alle geweld over de bodem van de zee wordt getrokken. De techniek bestaat al een halve eeuw maar lijkt herontdekt door de vaderlandse vissers. Nadeel is wel dat er geen tong mee kan worden gevangen.
Voor de familie Van Seters is de verandering een geluk bij een ongeluk. In 2005 verwoestte brand hun voormalige kotter. „Doorgaan zoals we bezig waren kon niet meer”, zegt Anne-Marie. „We oriënteerden ons op nieuwe wegen en onderzochten de mogelijkheden om een nieuwe start te maken in de visserij met een meer duurzaam karakter.”
In november 2007 gaven ze Padmos opdracht de SL-27 om te bouwen. Nieuwbouw was niet aan de orde. „De staalprijs is hoog en de wachttijd voor een nieuw schip is gauw twee jaar.”
Meest opvallend aan het nieuwe schip is de manier van vissen. Geen grote bomen midscheeps, maar rollen met kilometers net en draad achter op het schip. Niet zichtbaar is het motorvermogen, maar dat is revolutionair teruggeschroefd. Zat er in de vorige uitvoering van de SL-27 een motor van 2000 pk, de Johannes moet het met de helft van de paardenkrachten doen.
Padmos, een bijna 80 jaar oude visserijwerf in de haven van Stellendam, mag zich inmiddels expert noemen in de ombouw van vissersschepen. De SL-27 is de derde kotter die Padmos onder handen neemt en hierna wachten er weer vier.
De werf zette eerder in de boomkorkotters ARM-44 en ARM-7 nieuwe motoren. Het vermogen ging terug van 4000 naar 2000 pk maar volgens ing. Walter van Harberden is er evenveel voortstuwing als vroeger.
Hoe dat kan? Door het plaatsen van een grotere hoogrendementsschroef met bijbehorende straalbuis ging het brandstofverbruik met 18 procent omlaag. Van Harberden: „Het was voor Padmos een beproefd systeem, maar je moet schippers hebben die het aandurven.”
De visserijsector volgt met argusogen wat er in de haven van Stellendam gebeurt. „De visserij wil op dezelfde manier blijven vissen maar minder olie verbruiken. Het is de kunst om dat te realiseren.”
Want ondanks de moeilijke economische situatie blijft twee derde van de kottereigenaren vertrouwen houden in de toekomst, zo blijkt uit recent onderzoek van het Landbouw Economisch Instituut van de Universiteit Wageningen.
Vissers hechten volgens het onderzoek sterk aan hun beroep en het voortzetten van het familiebedrijf. De wil om te investeren, in met name andere vangsttechnieken, is groot. De belangrijkste reden om door te gaan ondanks tegenslag „is de liefde voor het vak.”
Daar kan Anne-Marie van Seters in Stellendam over meepraten. Haar 14-jarige zoon wilde per se mee met de meerdaagse proefvaart van het nieuwe schip. „Mannen blijven toch jagers.”