De minister reageerde woensdag op een onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de Nederlandse Patiënten en Consumenten Federatie (NPCF). Daaruit blijkt dat bijna een op de vijf (17 procent) spoedeisende telefoontjes niet verder komt dan een antwoordapparaat. Bij normale oproepen duurde het in 40 procent van de gevallen langer dan tien minuten voordat er iemand aan de telefoon kwam.De Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) zegt al sinds begin dit jaar met man en macht bezig te zijn om de bereikbaarheid van huisartsen te verbeteren. Er is volgens de vereniging echter meer geld nodig om meer doktersassistentes te kunnen aantrekken. Volgens de LHV weigert Klink dat.

Maar de minister wijst erop dat de huisartsen er de afgelopen jaren al veel geld bij hebben gekregen: de doorsneehuisarts heeft tussen 2004 en 2007 65.000 euro extra ontvangen. Dat is volgens hem veel meer dan andere zorgverleners erbij hebben gekregen.

In de ogen van de minister zijn het de huisartsen die nu aan zet zijn om hun bereikbaarheid te verbeteren. Dat kan door een betere organisatie en technische veranderingen. Het verstekken van herhaalrecepten en maken van afspraken kan vaker elektronisch gebeuren.

Daardoor hoeft de arts minder vaak in gesprek te zijn en heeft hij meer tijd voor patiënten die bellen. De LHV zegt de techniek volop te gebruiken, maar benadrukt dat het niet gaat zonder iemand die de telefoon opneemt.

Omdat artsen herhaalrecepten nu gemakkelijker kunnen verstrekken, hoeven zij er volgens de minister minder geld voor te krijgen. Hij is van plan het tarief te verlagen van 4,50 naar 2,25 euro per recept.

Daar staat tegenover dat de vergoeding voor avond-, nacht- en weekenddiensten omhooggaat van 50 naar 60 euro per uur. Ook komt er 35 miljoen extra voor de invoering van het elektronisch patiëntendossier. De tarieven voor de consulten zullen volgend jaar in de pas lopen met de lonen en prijzen.