Romeins gebouw ontdekt bij Tempelberg
Archeologen van de Israëlische Oudheidkundige Dienst hebben bij opgravingen in de buurt van de Klaagmuur in Jeruzalem de overblijfselen gevonden van een monumentaal gebouw uit de Romeinse tijd. Verder bleken onder een weg de fundamenten van een gebouw uit de achtste eeuw voor Christus schuil te gaan.
Het gebouw stond aan de Oostelijke Cardo, destijds de op een na belangrijkste weg in Jeruzalem. Uit potscherven en munten blijkt dat de Romeinen deze weg aanlegden aan het einde van de tweede of het begin van de derde eeuw na Christus.De Oostelijke Cardo liep door de zogenaamde Kaasmakersvallei van de Damascuspoort in de richting van het alleroudste deel van Jeruzalem, de Stad van David. Jeruzalems belangrijkste weg was de Westelijke Cardo, die de Damascuspoort met de Sionberg verbond. Beide wegen staan afgebeeld op een mozaïek uit de zesde eeuw dat gevonden werd in de Jordaanse stad Madaba.
Het plaveisel van de cardo bestond uit grote straatstenen, die de Romeinen diagonaal op de rots plaatsten. Aan de zijkanten bevonden zich de trottoirs. „In veel steden hadden de Romeinen een concept van hoe een stad eruit moest zien. Ze pasten daar vervolgens de rest bij aan”, zegt archeologe Shua Kisilevitz van de oudheidkundige dienst. „Ze hakten twee rijen ruimtes uit de rots aan de zijkant van de weg. De voorkant was de winkel, de achterkant was een opslagplaats die geen ramen had.”
Aan de oostzijde van de cardo vonden archeologen het fundament van een pilaar. Uit de hartvorm concluderen zij dat deze de hoek vormde van een monumentaal gebouw. De dienst vroeg vervolgens permissie de opgraving verder uit te breiden. Daarna werd een plein ontdekt met een stenen plaveisel uit de Byzantijnse tijd (325-638 na Christus).
Midden op het plein bevond zich de uit een rots uitgehakte ingang van een gebouw. Het is volgens Kisilevitz nog te vroeg om te zeggen waar dat voor diende. „In 135 bouwde keizer Hadrianus hier een heidense stad, de Aelia Capitolina. Hij bouwde een tempel voor Jupiter op de Tempelberg. Of dit een tempel was of een gebouw voor bestuurders, is niet zeker. De locatie zelf duidt er in elk geval op dat het belangrijk was. Het stond namelijk dicht bij de plaats waar de tempel stond.”
Zegel
Aan de westzijde van de cardo vonden archeologen de fundamenten van een gebouw uit de achtste eeuw voor Christus. De Romeinse weg en het trottoir dekten de overblijfselen uit deze tijd af, waardoor werd voorkomen dat ze werden geplunderd.
Het is voor het eerst in de geschiedenis van het archeologisch onderzoek van Jeruzalem dat zo dicht bij de Tempelberg een gebouw uit de Eerste Tempelperiode (van 961 tot 586 voor Christus) is gevonden.
De onderzoekers vonden in dit bouwwerk een op een scarabee lijkend zegel met een afmeting van 1,1 bij 1,4 centimeter. Op het zegel staat een afbeelding van granaatappels en een inschrift in oud-Hebreeuws met de woorden: ”voor Netanyahu ben Yaush”. De naam Netanyahu komt in de Bijbel voor en de naam Yaush in de brieven die zijn gevonden bij opgravingen in de stad Lachis. De veronderstelling is dat het zegel toebehoorde aan een bestuurder.
Ook vonden de archeologen een grote hoeveelheid potscherven, waaronder drie kruikhandvaten met de inscriptie ”voor de koning”. Deze inscripties kwamen veel voor en gingen vaak vergezeld van de naam van de steden Hebron, Ziph, Socoh en Mamshit, waaraan schattingen voor de koning werden afgedragen. Onder de inscripties staat een afbeelding van een soort vogel met de vleugels uitgespreid.
De enige vondst uit de Tweede Tempelperiode (520 voor Christus tot 70 na Christus) is een ritueel bad, dat zich op een relatief hoge plaats bevond.
Bezoekerscentrum
De opgraving bij de Klaagmuur vindt plaats omdat de Western Wall Heritage Foundation op deze plek een bezoekerscentrum wil bouwen. De voorwaarde was dat er eerst een archeologisch onderzoek zou plaatsvinden in dit historisch uiterst belangrijke deel van de stad.
De opgraving begon tweeënhalf jaar geleden en is tot nu toe ononderbroken doorgegaan. „Oorspronkelijk was de veronderstelling dat de opgraving slechts een paar maanden zou duren. Maar we zijn nog steeds niet klaar”, zegt Kisilevitz.
Een speciaal team zorgt ervoor dat de fundamenten van de oude gebouwen niet uit elkaar vallen. De archeologische restanten zullen in de toekomst voor het publiek zichtbaar worden gemaakt in het bezoekerscentrum van de Israëlische Oudheidkundige Dienst.