De rechters willen de vrachtwagen met schuifarm, die voor de 60-jarige vrouw dodelijk werd, laten opsporen en onderzoeken. Pas dan kan duidelijk worden of P. schuldig is aan de dood van de vrouw of dat de wagen een slecht functionerend blokkeersysteem had.Van de P. reed met zijn vrachtwagen met ingebouwde kraan op 4 december 2006, om halfzes ’s avonds, op de Nederwoudseweg in Lunteren. De linkerstempelarm -die wordt gebruikt om de kraan te stabiliseren tijdens werkzaamheden- was ongemerkt uitgeschoven. Ter hoogte van de A30 kwam een 60-jarige vrouw in een Opel Corsa hem tegemoet. In het donker zag zij de anderhalve meter lange stempelarm niet en botste ertegen aan. De vrouw overleed ter plaatse.

De grote vraag is of het uitschuiven van de stempelarm te wijten is aan de vrachtwagenchauffeur. Eind vorig jaar moest Van de P. al voor de rechtbank verschijnen. Die sprak hem vrij van het veroorzaken van een dodelijk ongeval, maar legde een boete van 1000 euro op voor roekeloos rijgedrag. Het openbaar ministerie nam hier geen genoegen mee en ging in hoger beroep.

De 37-jarige man weet niet hoe de arm los heeft kunnen komen. „Ik hoorde de klik die aangeeft dat hij geborgd is”, zo zei Van de P. tegen de rechters. Bovendien had hij voor het wegrijden meermalen in zijn achteruitkijkspiegel gekeken. Tijdens de zitting werd met hulp van de monteur van de vrachtwagen gekeken of het mogelijk was dat het blokkeringssysteem, dat de stempelarm op zijn plaats moet houden, heeft kunnen lostrillen of -schieten. Die mogelijkheid is theoretisch aanwezig. Daarom wil het hof de kraanwagen, die inmiddels is doorverkocht, opsporen om hem te laten onderzoeken door het Nederlands Forensisch Instituut in Den Haag.