Verdachten van aanslag synagoge Tunesië opgepakt
De Franse veiligheidsdienst heeft acht mensen aangehouden die worden verdacht van betrokkenheid bij de zelfmoordaanslag op een synagoge in Tunesië. Dat maakte het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken in Parijs dinsdag bekend.
Bij de aanslag in april op het eiland Djerba kwamen negentien mensen om het leven. De meeste doden waren Duitse toeristen. Verder ging het om drie Tunesiërs en twee Fransen. De aanslag is in juni opgeëist door al-Qaida, het netwerk van Osama bin Laden.
De verdachten werden gearresteerd in de buitenwijken van Lyon, in het zuidoosten van Frankrijk. Documenten die tijdens de actie in beslag werden genomen, „lijken een direct verband te houden met deze aanslag”, aldus het ministerie.
Al-Qaida claimde dat Nizar Nouar (24) de tankwagen met gas voor Afrika’s oudste synagoge El-Ghriba tot ontploffing had gebracht. Suleiman Abu Ghaith zei op een videoband die werd uitgezonden door al-Jazeera dat Nouar „het niet langer kon tolereren dat zijn Palestijnse broeders werden vermoord.”
De Tunesische autoriteiten verklaarden in de eerste dagen na de explosie dat het om een ongeluk ging. Maar Nouars verkoolde lichaam werd in de buurt van de tankwagen gevonden. Hierna richtten Franse onderzoekers hun aandacht op Nouars familie in de regio Lyon.
Dit leidde uiteindelijk tot de arrestaties van dinsdag, aldus het ministerie. Onder anderen Nouars broer, vader en moeder zijn aangehouden. Kort na de aanslag werd in Tunesië Nouars oom al aangehouden wegens „medeplichtigheid aan het voorbereiden van een terroristische daad.”