Dieren behandelen als mensen
Titel:
”Een ethisch leven”
Auteur: P. Singer
Uitgeverij: Het Spectrum, Utrecht, 2001
ISBN 90 274 0024 5
Pagina’s: 440
Prijs: € 25,-. Op het eerste gezicht lijkt de inhoud van ”Een ethisch leven” niet eens zo heel extreem. Singer stelt voor om beesten te behandelen als mensen. Dat is toch beter dan voor te stellen mensen te behandelen als koeien en varkens. Wat ook kan, als je tenminste gelooft dat de mens een product is van de evolutie. Bovendien roept de auteur op tot het maken van een ethische keuze. Maar na de moord op Fortuyn werd duidelijk wat de consequenties van een boek als dit kunnen zijn.
”Een ethisch leven” biedt een selectie uit de boeken van de controversiële Australische filosoof Peter Singer. Zijn ideeën worden naar eigen zeggen vaak verkeerd weergegeven. „Wat er (…) nodig was, was een handige, eendelige selectie van mijn belangrijkste opvattingen in mijn eigen woorden en met voldoende samenhang om het begrijpelijk te maken. En hier is die compilatie dan.”
Het boek telt vijf ongenummerde hoofdstukken. De titels zijn: ”Wat is ethiek?”; ”Voorbij de soortgrens”; ”Het redden en beëindigen van mensenlevens”; ”Ethiek, eigenbelang en politiek”; ”Autobiografische notities”. Het zijn even zoveel thema’s waaraan verschillende kleinere hoofdstukken uit de boeken van Singer zijn opgehangen.
Een van zijn belangrijkste ethische principes is: pijn is slecht, en vergelijkbare vormen van pijn zijn even slecht. De gedachte dat er een wezenlijk verschil bestaat tussen dier en mens wijst hij af. Hij vindt dat op deze manier ongerechtvaardigd onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende diersoorten (species). Dit noemt hij speciesisme, volgens hem is dat net zo erg als racisme.
Kip
Omdat de mens in zijn visie niet anders dan een dier is, spreekt Singer consequent van menselijke en niet-menselijke dieren. Voor de behandeling van dieren gelden daarom dezelfde maatstaven als voor de behandeling van mensen. In beginsel, het ene dier is het andere niet. Een relevant verschil tussen een mens en een kip is dat de mens doorgaans plannen heeft voor de toekomst, een kip niet. Het is een vorm van pijn als toekomstplannen tenietgedaan worden. Die pijn kan een kip niet lijden. Wat niet betekent dat Singer onbekommerd een kippenpootje zou eten, hij is vegetariër.
Een wezen dat behoort tot de diersoort mens is daarom nog geen persoon. Essentieel voor het persoon-zijn is het hebben van zelfbewustzijn. Baby’s hebben dat niet. Daarom mogen gehandicapte baby’s, zelfs kinderen tot twee jaar oud, worden gedood: „Het doden van een gehandicapte baby is moreel niet hetzelfde als het doden van een persoon. Heel dikwijls is het zeker niet verkeerd.” Dit is wel zijn meest omstreden idee.
Duidelijk is dat de auteur van de traditionele ethiek van de onschendbaarheid van het menselijk leven niets wil weten. Deze ethiek is gebaseerd op de christelijke overtuiging dat menselijk leven een gave van God is. Volgens Singer kunnen we daarmee niet meer uit de voeten. Hij verzet zich dan ook expliciet tegen wat hij noemt „een erfenis van religieuze dogma’s”, een „puur christelijke houding.”
Morele keuze
Naast veel medische ethiek komen ook andere onderwerpen aan de orde, zoals de vraag wat een ethisch leven inhoudt. In dat verband dringt hij aan op het maken van een fundamentele keuze. Waarvoor iemand kiest, is van minder belang. Het gaat om het engagement, de betrokkenheid bij een bepaalde zaak. Daarin zit „iets stimulerends, ongeacht of we de doelstellingen delen.” Daarmee sluit Singer zich aan bij de existentialisten uit de jaren vijftig van de vorige eeuw.
Het doen van een morele keuze is iets heel anders dan het trekken van een conclusie uit een redenering. Daarom is het vreemd dat hij even zo vrolijk van mening is dat ethische discussies met rationele argumenten beslist kunnen worden. Immers, de gekozen morele positie bepaalt welke argumenten relevant zijn. Dat is in het hele boek ook duidelijk te merken. Helaas, want het maakt het boek (nog meer) ongenietbaar.
Met dit redegeloof schaart Singer zich bij de moderne filosofen. Het woord modern moet dan wel in filosofische zin worden begrepen en betekent beslist niet nieuw of eigentijds. Het is juist een achterhaald, wat onrealistisch standpunt. Wat men ook van postmoderne filosofie mag vinden, die heeft in elk geval een heel wat realistischer idee van de betekenis van rationele argumenten dan deze moraalprediker.
Betere wereld
Singer brengt een appellerende prediking. Met kennis van zaken, dat moet gezegd. Hij weet zijn boodschap ook goed te brengen. De stijl doet af en toe werkelijk denken aan bijvoorbeeld die van de Engelse prediker Lloyd-Jones. Dat komt doordat zijn boodschap wordt gedragen door een sterke overtuiging. Die houdt in dat ieder mens door goed te leven een bijdrage kan leveren aan een betere wereld.
Hij formuleert dat geloof zelfs in ideologische termen als darwinistisch links. Dat is een „veel minder opgeblazen visie op links, waarin de utopische ideeën vervangen zijn door een koele realistische kijk op wat haalbaar is.” Maar de hoop blijft sterk, het geloof in de mens ongebroken: „Op de langere termijn weten we niet in hoeverre ons redeneervermogen ons kan doen uitstijgen boven de conventionele darwinistische beperkingen wat betreft het altruïsme dat een gemeenschap kan opbrengen. Wij zijn met rede begiftigde wezens. Misschien komen we, al redenerend, uit bij een conclusie die we van tevoren niet verwachtten.”
Met de overtuiging dat mensen verantwoordelijk zijn voor wat ze van de wereld maken is niets mis. Maar als dat gepaard gaat met een volstrekt geloof in de menselijke mogelijkheden, ontstaat een voedingsbodem voor blind pseudo-religieus fanatisme. Of voor darwinistisch extreem links. De moord op Fortuyn laat zien tot welke excessen dat kan leiden. Dat is ook het gevaarlijke van een boek als dit. ”Een ethisch leven” kan een inspiratiebron worden voor zeer onethische activiteiten.