Lagere bijstand voor sommige jongere werkloze
Het kabinet overweegt voor een deel van de jongere werklozen de bijstand flink te verlagen om ze te prikkelen zo snel mogelijk aan de slag te gaan. Werklozen van 21 en 22 jaar krijgen nu nog een volledige uitkering die is gekoppeld aan het minimumloon. Maar de bijstand wordt voor hen straks gebaseerd op het flink lagere minimumjeugdloon en dat kan honderden euro’s in de maand schelen.
Dat blijkt uit het voorstel voor de werkleerplicht van staatssecretaris Aboutaleb (Sociale Zaken), dat vrijdag wordt besproken in de ministerraad. Jongeren tot 21 jaar krijgen vaak al geen volledige uitkering, omdat er een onderhoudsplicht voor de ouders geldt. In het voorstel van Aboutaleb wordt wel een uitzondering gemaakt voor jongeren die niet kunnen leren of werken, door bijvoorbeeld een handicap of de zorg voor kleine kinderen.De bijstandsuitkering voor een alleenstaande bedraagt in principe 70 procent van het minimumloon: 1356,60 euro bruto per maand. Maar op basis van het minimumjeugdloon zou dat voor een 21–jarige 70 procent van 983,55 euro per maand worden. Vanaf 23 jaar geldt het volwassen minimumloon.
Aanvankelijk was het plan van Aboutaleb om jongeren tot 27 jaar met de werkleerplicht uit de bijstand te houden. Gemeenten moeten ervoor zorgen dat zij gaan werken en/of een opleiding volgen om hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. Maar een ruime meerderheid van de Tweede Kamer eiste in april dat jongeren die ondanks een gemeentelijk aanbod voor leren en werken niet in hun eigen inkomen kunnen voorzien, ondersteuning krijgen op bijstandsniveau.
