Ook boven de zeventig is er genadetijd
De discussie rond het al dan niet reanimeren van mensen boven de zeventig grijpt hem aan. En niet alleen als reanimatie-instructeur. H. Dorst uit Stavenisse reanimeerde vijf jaar geleden zijn toen 74-jarige vader. Met succes. „Mijn vader fietst, klust en is nog altijd druk met zijn groentetuin.”
Dorst (44), in het dagelijks leven locatiemanager van een gehandicaptendagverblijf in Oud-Vossemeer, werd op een zaterdagmiddag in oktober 2003 gebeld door zijn moeder. Vader klaagde over hevige pijn op de borst. Na diverse telefoontjes naar de huisartsenpost arriveerde uiteindelijk de dienstdoende arts. „Ze constateerde geen afwijkingen, maar wilde vader vanwege zijn klachten toch naar het ziekenhuis sturen. Juist op dat moment zakte hij in elkaar.”Zijn ervaring als reanimatie-instructeur kwam Dorst op dat moment goed van pas. „De huisarts blokkeerde volledig, wist niet wat ze moest doen. Ik vroeg aan haar: „Moeten we dan niet reanimeren?” We hebben vader op de grond gelegd en zijn begonnen.”
„Ik heb er echt kracht voor gekregen. Toen de ambulance arriveerde en de verpleegkundige het overnam, ben ik huilend naar de keuken gevlucht. Totdat ik hem hoorde zeggen: Hij doet het weer.”
Helemaal op de been
Na het incident volgde een lange weg van dotteren en revalideren, maar inmiddels is de vader van Dorst weer helemaal op de been. „Menselijkerwijs gesproken had mijn vader het niet overleefd. Maar Eén staat er boven. Ik ben me er terdege van bewust dat we het leven niet in eigen hand hebben, maar we mogen de vaardigheden die we hebben, wel gebruiken.”
Juist daarom grijpt de discussie rond het al dan niet reanimeren van mensen boven de zeventig hem aan, zegt Dorst. „Mensen van die leeftijd kunnen naar de mens gesproken nog een behoorlijk aantal jaren krijgen. Dat is toch genadetijd. Als dit soort besluiten wordt doorgevoerd, dan nemen we de tijd in eigen hand. Bovendien, hebben deze mensen dan geen recht van bestaan meer?”
Oliebol
Dorst wijst op een recent incident in een Brabants verzorgingshuis. Daar verslikte een oudere vrouw zich in een stuk oliebol. „Ook daar speelde de discussie over wel of niet reanimeren. De vrouw is niet gereanimeerd en uiteindelijk overleden. Terwijl ze zich alleen maar verslikte.”
Het voorval staat haaks op de opdracht die we volgens Dorst hebben. „Een naaste in nood help je. Dat zou in de totale zorg zo moeten zijn.” Volgens hem mag leeftijd daarbij geen rol spelen. „Het is niet aan ons om te bepalen of iemand nog levenswaardig is, of niet.”
Blijvend gehandicapt
Naast zijn werk als locatiemanager geeft Dorst als reanimatie-instructeur ook EHBO- en reanimatiecursussen aan bedrijven en instellingen in Zeeland. Recent had hij een cursiste die een niet-reanimatieverklaring bij zich droeg. „Haar vader was blijvend gehandicapt geraakt bij een reanimatiepoging.”
Deskundigen hebben een dergelijke verklaring te respecteren, vindt Dorst. „Let wel: als EHBO’er móét je reanimeren. Maar als de arts of verpleegkundige een verklaring vindt, mag hij besluiten de reanimatie af te breken.”